Kampie.info

Reisverslag China



Week 2

Van 21 juli tot en met 20 augustus 2005 heb ik een 31-daagse rondreis door China gemaakt. Deze reis heb ik geboekt bij Sawadee in Amsterdam. Hieronder staat een verslag de tweede week van deze reis.


Donderdag 28 juli - Sightseeing in Xi'an

Na een nacht in de trein waarin ik niet echt goed geslapen heb, gaat om zes uur 's ochtends het licht weer aan. Tijd dus om op te staan, maar echt uitgerust voel ik mij niet. Even na zevenen komen wij aan in Xi'an. Hier ontbijt ik in het hotel en ga daarna op pad. Eerst wil ik een paar travellercheques inwisselen, maar dat lukt pas bij de derde bank (een vestiging van de Bank of China). Dan is het tijd om Xi'an te gaan verkennen.

Xi'an - Moskee

Ik begin mijn ontdekkingstocht in de Moslimwijk. Hier dwaal ik door een wirwar van straatjes om uiteindelijk bij de grote moskee uit te komen. Deze blijkt een oase van rust in vergelijking met de drukte in de smalle straatjes. Na de moskee bekeken te hebben verlaat ik de Moslimwijk en loop naar de zuidelijke poort in de stadsmuur. Ik loop een eindje over de muur, maar vind het uitzicht een beetje tegenvallen. Omdat we net op het heetst van de dag zitten zie ik af van het huren van een fiets om over de muur te fietsen. In plaats daarvan loop ik terug naar het hotel om even een korte rustpauze in te lassen.

's Middags loop ik samen met Frans nog even Xi'an in. We lopen door een volksbuurt net ten noord van het hotel. Hier zien we o.a. een katholieke kerk die er van buiten Portugees uitziet, maar een Chinees interieur heeft. Als we terug lopen naar het hotel zie ik twee vrouwen achter een glazen schuifdeur zitten. Wat mij opvalt is dat het glas van de deur voor het grootste deel is dichtgeplakt met kleine ronde stickers, met uitzondering van een smalle strook waar de vrouwen net doorheen kunnen kijken. Terwijl ik hier een foto van maak, bekijkt Frans de omgeving. Als ik de foto heb gemaakt zegt Frans tegen mij: "weet je wel dat je net een hoerenkast op de foto hebt gezet".

Officieel is prostitutie in China verboden en zijn de straffen bij overtreding van dit verbod zwaar. De praktijk is echter anders. Alleen gebeurd het vaak onder de dekmantel van een kapsalons, sauna's en massagesalons. Ook is het niet ongebruikelijk dat alleen reizende buitenlandse mannen in hotels benaderd worden door prostituees.

Vrijdag 29 juli - naar het terracotta leger en met de nachttrein naar Lanzhou

Vanmorgen zijn we met z'n allen in een bus gestapt voor een bezoekje aan het beroemde terracotta leger. Onderweg hier naar toe zullen wij een tussenstop maken bij het Banpo museum. Als we echter bij dit museum aankomen blijkt het belangrijkste gedeelte gesloten. Na kort overleg rijden we verder naar het terracotta leger.

Bij het terracotta leger bekijk ik eerst een film over het ontstaan, de vernietiging en de herontdekking van het terracotta leger. Het bijzondere aan deze film is de filmzaal. Deze is volledig rond en met behulp van meerdere projectoren wordt de film op de ronde wand van de filmzaal getoond.

Als de film afgelopen is, ga ik naar de verschillende hallen waarin je het terracotta leger kunt zien. In de meeste hallen is het verboden om te fotograferen, maar geen enkele bezoeker (inclusief ikzelf) lijkt zich hier ook maar iets van aan te trekken en de suppoosten hebben de moed al lang opgegeven. De enige hal waar het nemen van foto's wel is toegestaan is hal 1. Al is hier het gebruik van een flitser wel verboden. Maar ook hier lijkt niemand zich iets van aan te trekken. In dit geval hou ik mijzelf wel aan de regels. Het maken van foto's op zich lijkt mij namelijk niet schadelijk voor de beelden, maar dan kun je van het gebruik van flitslicht niet zeggen. Op de terugweg naar Xi'an probeert de chauffeur van de bus ons een tussenstop te laten maken bij een zaak waar de namaak beelden verkopen. Gelukkig heeft niemand hier zin in en rijden we even later, zonder dat iemand is uitgestapt, verder naar Xi'an.

Terug in Xi'an loop ik nog wat door de stad en check mijn e-mail. 's Avonds willen de meeste groepsleden naar een restaurant om daar soep met brood (een plaatselijke specialiteit) te gaan eten. Met vier taxi's gaan we op pad. De taxi waar ik in zit brengt ons naar een restaurant waar slechts één andere taxi stopt. Na een tijdje gewacht te hebben besluiten we maar te gaan eten. De rest van de groep zal nooit bij de restaurant aankomen. Later zal blijken dat er meerdere restaurants in Xi'an zijn met dezelfde naam.

Xi'an

Het eten van de plaatselijke specialiteit (soep met brood dus) is nog een verhaal apart. Als we aan tafel zitten krijgen we allemaal een lege soepkom en wordt er een schaal met een soort pitabroden midden op tafel gezet. Eerst hebben we niet door wat de bedoeling is, maar dan doet iemand van het personeel voor dat je een brood met verkruimelen en de broodkruimels in de soepkom moet doen. Geen probleem. Even later is mijn soepkom gedeeltelijk gevuld met stukjes brood. Er is alleen één maar, de stukjes brood zijn niet klein genoeg. Pas als ik het brood in echt kleine stukjes het verkruimeld, wordt er soep bij het brood geschept. De soep is overigens best lekker maar niet echt bijzonder. Om de soep op smaak te brengen worden o.a. complete zure knoflooktenen geserveerd.

Na het eten gaan we met twee taxi's terug naar het hotel waar we de rest van de groep weer treffen. Later 's avonds gaan we met de bus naar het station waar we de nachttrein naar Lanzhou nemen.

Zaterdag 30 juli - ontbijten in Lanzhou en met de bus naar Xiahe

Na een nacht waarin ik opmerkelijk goed heb geslapen, in mijn lakenzak had ik weinig last van de blazende airco, komen we vroeg in de ochtend in Lanzhou aan. Hier ontbijten we voordat we beginnen aan de volgende etappe, een busreis van zo'n zeven uur naar Xiahe. Het eerste stuk rijden we over een prima onderhouden tolweg, maar als we de tolweg verlaten wordt de weg steeds slechter. Het wordt zelfs zo slecht dat er eigenlijk geen sprake meer is van een weg, maar hooguit van een karrenspoor. Behendig stuur de chauffeur de bus door de blubber.

Sinds vanmorgen zijn mijn darmen een beetje van streek, maar pas rond de middag beginnen de darmkrampen. Als we een klein dorpje binnenrijden hou ik het maar amper vol tot een het restaurant waar we gaan lunchen. Karin wijst mij waar het openbare toilet is. Door de modder loop ik naar het toilet. Als ik het gebouwtje binnen ga weet ik niet wat ik zie. Ik dacht tijdens eerdere reizen wel wat gezien te hebben, maar een dergelijk goor toilet ben ik nog niet eerder tegengekomen. Daar komt nog bij dat het een groepstoilet is waarbij de verschillende gaten in de vloer (in totaal een stuk of acht) slechts gescheiden worden door muurtjes van een halve meter hoog. Maar ja, als ik tijdens eerdere reizen een ding geleerd heb, dan is dat dat als je echt moet dit soort omstandigheden er ineens een stuk minder toe doen. Ik loop dan ook naar het eerste gat (door het gat heen zie je de ontlasting van vorige bezoekers liggen) laat voorzichtig mijn broek zakken zonder dat deze op de grond komt, ga op mijn hurken zitten en loop leeg.

Na de lunch rijden we verder naar Xiahe. Bijna de hele dag regent het al en wij rijden door modder en diepe plassen. Pas als we bijna in Xiahe zijn wordt het droog. Een goed voorteken? Het laatste stuk voor Xiahe zien we veel nomadententen op de grasvlakte staan. Na een lange reisdag bereiken we rond drie uur 's middags Xiahe.

Zondag 31 juli - Xiahe, het andere China

Na het ontbijt loop ik Xiahe in en ik kijk mijn ogen uit. Na Beijing en Xi'an lijkt het wel of we op een heel andere wereld beland zijn. Het dorp Xiahe lijkt in weinig opzichten op het stedelijke China dat ik toe nu toe gezien heb. Zelfs de mensen zien er hier anders uit. Het is duidelijk te zien dat een groot deel van de bevolking hier uit Tibetanen bestaat.

Xiahe is overigens de naam die de Chinezen aan deze plaats gaven. De Tibetaanse naam van het dorp is Labrang. Een naam die nu alleen nog terug te vinden is in de naam van het plaatselijk Labrang-klooster. Om 10 uur meld ik mij op het grote plein voor het klooster voor een rondleiding door het klooster. Hoewel ik lang niet alles versta wat de monnik die de rondleiding geeft vertelt, geniet ik van de sfeer in het klooster.

Xiahe - Monnik uit Labrang klooster

Na de rondleiding loop ik samen met Karin nog wat door het grote tempelcomplex. Bij een van de tempels zien we een aantal monniken rondjes om de tempel heen lopen. Één van de monniken gebaard naar mij en ik besluit om een aantal rondjes met hem mee te lopen. Voor ons lopen een paar monniken met een jonge monnik tussen hen in. De oudere monniken dollen wat met de jongen en leggen van tijd tot tijd een hand op zijn schouder. Als ik even later vlak achter de jongen loop leg ik mijn hand op zijn schouder. De jongen kijkt verveelt achterom om te zien welke monnik er achter hem loopt. Het schrikt als hij ziet dat ik geen monnik, maar een 2.04 meter lange blanke man ben. De andere monniken kunnen er gelukkig de humor wel van inzien. Tijd om weer verder te gaan. Even later komen wij twee jongetjes tegen die op straat bij de poort van hun huis staan. Zij vragen ons om binnen te komen. Een verzoek dat we natuurlijk niet kunnen weigeren. Trots laten de jongens ons hun slaapkamer, met stereo installatie, zien. Ik laat de jongens door mijn camera kijken en probeer een van de jongens zover te krijgen dat hij een foto van mij maakt. Jammer genoeg lukt dat niet.

's Middags loop ik samen met 'de Fransen' een rondje (3 km) langs de 1.174 gebedsmolens rondom het klooster (met de klok mee natuurlijk). Het is warm en in de lucht boven ons cirkelen gieren. Ze zullen het toch niet op ons voorzien hebben?

Maandag 1 augustus - op de Gancha graslanden aan de yakboterthee

Om negen uur vertrekken we met de hele groep naar de Gancha graslanden zo'n dertig kilometer noordelijk van Xiahe. Doordat we op een hoogvlakte zitten valt het nauwelijks op hoe hoog we zitten, maar als we stoppen om een stukje te gaan wandelen zitten we op ongeveer 3.200 meter.

We lopen ongeveer een uur over de graslanden. Waar het tot voor kort een grote vlakte was, daar wordt het landschap tegenwoordig ontsiert door eindeloze stukken afrastering. De Chinese regering heeft de enorme vlakte opgedeeld in percelen en heeft elke nomaden familie een paar stukken grond gegeven. Dit heeft grote gevolgen voor het leven van de nomaden. Was vroeger de vlakte en het gras dat op de vlakte groeide van niemand (en daardoor van iedereen), tegenwoordig krijgen families ruzie als de jaks van de ene familie uitbreken en gaan grazen op het land van een andere familie. Onduidelijk is waarom de Chinese regering dit heeft gedaan. Persoonlijk denk ik dat het is om het (semi-)nomadenbestaan te ontmoedigen en de nomaden te stimuleren om zich op een vast plaats te vestigen.

Na een uur lopen bereiken we een asfaltweg waar de bus op ons staat te wachten. Wij rijden een klein stukje met de bus en brengen vervolgens een bezoek aan een nomadenfamilie. Hier drinken we yakboterthee met jakmelk, eten tsampa en zien hoe de jaks gemolken worden. Hierna gaan we eten in een klein dorpje. Terwijl ik zit te eten kijk ik naar de mensen die voorbij komen lopen. Ze doen mij ergens aan denken alleen weet ik eerst niet waaraan. Dan weet ik het! De gezichten van de mensen hier lijkt sprekend op de gezichten van de mensen in Peru. Zou de Beringstraat dan vroeger inderdaad dicht geweest zijn?

Dinsdag 2 augustus - biddende monniken en met de bus naar Langmusi

Xiahe - Labrang klooster

Het is nog donker als om half zes mijn wekker af gaat. Samen met een aantal andere groepsleden loop ik naar het Labrang klooster in de hoop biddende monniken op de trap voor de grote tempel te zien. Helaas wordt er vandaag niet op de trappen gebeden (of waren we ondanks het vroege uur misschien toch al te laat?).

Na eerst in het hotel ontbeten te hebben pak ik later op de ochtend mijn rugzak maar weer eens in. Dat gaat steeds sneller. Om half elf verlaten we Xiahe en gaan we op pad naar Langmusi. Hoewel we in vergelijking met zaterdag de weg erg goed is, rijden we de eerste paar uur over een vrij hobbelige weg. Op een bepaald moment naderen wij een bergpas en de plaatselijk gids vertelt dat wij de graslanden gaan verlaten. En inderdaad aan de andere kant van de pas ziet de wereld er ineens totaal anders uit. Wat ook verandert is de kwaliteit van de weg. Het laatste stuk rijden wij over een goed geasfalteerde weg. Volgens de lokale gids is het een vrij nieuwe weg die aangelegd is door gevangenen. In mijn hoofd begint Sam Cooke te zingen 'that's the sound of the man working on chain ga-a-ang ....'

We onderbreken te tocht naar Langmusi een paar keer om een stukje over de hoogvlakte te lopen en lunchen in een klein dorpje. Aan het eind van de middag arriveren we in Langmusi. Op de hotelkamer heb ik zin om een verfrissende douche te nemen. Eens kijken of er warm water is. Dat blijkt er voldoende te zijn. Alleen, er is komt alleen gloeiend heet water uit de kraan en geen koud water. Met alleen koud water kun je nog wel een douche nemen, maar mijn huid verbranden onder de gloeiend hete kraan? Dan maar niet douchen. Ook blijkt er geen elektriciteit te zijn in het hele dorp. Dan eerst maar eten bij Lesha's. Hier bestel ik een mega grote jakburger. Die zo groot is dat ik hem met geen mogelijk helemaal op krijg. Met bewondering kijk ik naar Hans die er wel in slaagt een complete mega jakburger weg te werken. Tijdens het eten gaat er gejuich op in het dorp als ineens overal weer de lichten aan gaan.

Karin vertelt dat onze lokale gids gehoord heeft dat er de volgende ochtend mogelijk een sky-burial plaats zal vinden. Zij vraagt wie daar eventueel naar toe wil. Ik wil dat wel eens meemaken en we spreken af dat als de sky-burial door gaat iedereen die mee wil de volgende ochtend om half zeven gewekt zal worden.

Woensdag 3 augustus - de dag van de sky-burial

Langmusi - Sky Burial

Het is zeven uur als ik wakker wordt. Kennelijk is er dus toch geen sky-burial. Eerst maar eens Lesha's 'wereldberoemde' appeltaart proeven. Als ik bij Lesha's zit te ontbijten komt de lokale gids binnen. Er blijkt vandaag toch een sky-burial te zijn. Dus gaan we alsnog op pad en lopen omhoog naar de vlakte waar de sky-burial plaats zal vinden. Als we er bijna zijn komen we een paar Chinezen tegen die al weer terug gaan. Volgens hen is alles al voorbij. Dat blijkt niet echt het geval, maar achteraf vind ik het helemaal niet jammer dat ik het begin heb gemist. De gieren hebben een werk voor een groot deel al gedaan. Niet veel later is er van het lichaam niets meer over en huppen de gieren vol en voldaan de helling op. Nog onder de indruk van wat we net gezien hebben, lopen wij weer terug naar het dorp.

Terwijl we terug lopen naar het dorp gaat het gerucht door de groep dat de familie van de overledene niet aanwezig was bij de sky-burial omdat er teveel toeristen waren. Navraag bij de lokale gids leert mij echter dat dit niet klopt. Familieleden zijn (bijna) nooit aanwezig bij een sky-burial en vinden het meestal ook geen probleem als er toeristen bij aanwezig zijn. Alleen roept het maken van foto's door toeristen bij de plaatselijke bevolking soms gemengde gevoelens op.

Terug in het dorp brengen we een bezoek aan het plaatselijke klooster. Hier praten we nog wat na over wat we net gezien hebben. Als de gids gevraagd wordt of er overal in de omgeving nog sky-burials uitgevoerd worden kijkt hij eerst goed om zich heen voordat hij de vraag beantwoord. Het vertelt dat tijdens de Culturele Revolutie er plaatsen waren waar Chinese soldaten gieren die op een sky-burial afkwamen dood schoten. Bang geworden durfden de andere gieren zich daarna niet meer te laten zien. In deze plaatsen konden hierdoor geen sky-burials meer uitgevoerd worden en is men overgegaan tot het begraven van lichamen.

In de tempel is net een gebedsdienst aan de gang. Onze plaatselijke gids leidt ons rondt door de gebedshal. Kennelijk is dat hier geen enkel probleem. Voorin de gebedshal zit de hoogste geestelijke van het klooster op een verhoging (een soort troon). Als we voor hem langs lopen buigt iedereen eerbiedig het hoofd. Ook ik doe dat. Als ik hem voorbij ben recht ik mijn rug weer. Als de monnik ziet hoe lang ik wel niet ben verschijnt er een glimlach op zijn gezicht.

Na de lunch maken we met een aantal mensen een wandeling door een kloof net buiten Langmusi. Aan het eind van de kloof valt mij voor de zoveelste keer deze vakantie op dat veel fotograferende Chinezen een statief gebruiken. Pas nu snap ik waarom zij dat doen. Ze zetten namelijk vooral zichzelf op de foto. Hiervoor maken zij gebruik van het statief en de zelfontspanner op de camera. Ook een groepje van drie Chinese vrouwen zet zichzelf zo meerdere keren op de foto. Telkens met een ander in het midden. En ik? Ik maak een foto van de fotograferende Chinezen.

Terug in het dorp lopen we direct door naar het klooster. Onze lokale gids heeft die ochtend namelijk van een monnik gehoord dat er die middag een heel bijzondere ceremonie plaats zal vinden. Nadat we even hebben staan te wachten komt een grote groep monniken naar buiten voor een ceremonie op het plein voor de tempel. Daarna lopen ze naar de rand van het dorp. Hier wordt de ceremonie voortgezet en afgesloten met het in brand steken van een stapel droog gras. Even later klinken er een aantal luide knallen. Kennelijk is het niet alleen gras wat er brand.