Kampie.info

Reisverslag Cuba



Vlag Cuba

Week 3

In 2014 heb ik een drieweekse rondreis door Cuba gemaakt. Deze reis begon op 8 december in Holguin en via plaatsen zoals Baracoa, Santiage de Cuba, Trinidad en de Viñales Vallei eindigde de reis op 27 december in Havana. Deze reis heb ik geboekt bij Sawadee in Amsterdam. Op deze pagina staat een verslag van de derde week van deze reis.


Zondag 21 december 2014 - Las Terrazas

Heel vroeg in de ochtend wordt ik wakker omdat ik het koud heb. Gelukkig liggen er voldoende dekens op de kamer en nadat ik een extra deken op het bed heb gelegd val ik al snel in een diepe slaap om pas weer wakker te worden als de wekker af gaat. Dat is mij tijdens deze vakantie nog niet eerder gebeurd, wakker worden van de wekker.

Oude Nederlandse bus in Las Terrazas
De bus naar Sas van Gent

Na het ontbijt vertrekken we voor een bezoek aan Las Terrazas, een biologisch reservaat dat op de lijst van UNESCO staat. Als e daar even later aankomen waan ik mij even in het Nederland van de jaren zeventig. Bij het bezoekercentrum staat namelijk een oude gele bus van het oer Nederlandse merk DAF. Nu doet deze bus dienst in Cuba, maar ooit reed deze bus als lijn 31 naar Sas van Gent.

Las Terrazas is een voorbeeld van een succesvol eco-project. Als gevolg van massale kap van bomen waren de heuvels in dit gebied kale vlaktes geworden en spoelde te vruchtbare aarde weg. Het project starte met de bouw van een dorp. Mensen die in de buurt woonden konden in het dorp komen wonen en werden daarbij ingezet bij het herbebossen van de heuvels. Geen eenvoudig karwei. Want doordat de vruchtbare bovenlaag was wegespoeld moest er eerst terrassen aangelegd worden. Daarna werden op deze terrassen miljoenen bomen geplant. Voornamelijk hibiscus. Na het uiteenvallen van de Sovjet Unie - de belangrijkste financierder van dit project - dreigde het project stil te vallen en dreigde nieuwe ontbossing. De oplossing werd gevonden in de ontwikkeling van ecotoerisme. Hierdoor kunnen de inwoners van het dorp geld verdienen aan de natuur waardoor zij belang hebben bij het instandhouden van de natuur. Al blijft in een land als Cuba - waar aan alles een gebrek is - het risico van ontbossing als gevolg van illegale houtkap groot.

De toerist
De rode, vervellende bast van de boom die ze in Cuba 'de toerist' noemen

Na een welkomstdrankje krijgen we in het bezoekerscentrum uitleg over de geschiedenis van Las Terrazas. Hierna rijden we een klein stukje met de bus naar een uitzichtpunt, tevens het startpunt van een wandeling over het terrein van een voormalige koffieplantage. Hier maken we een wandeling waarbij een lokale gids vertelt over de geschiedenis van de plantage en de planten en dieren die er te zien zijn. Zoals de boom die ze 'de toerist' noemen vanwege zijn rode, vervellende bast. Zoals de huid van Nederlandse toeristen die te lang op het strand van Varadero hebben gelegen.

Na een kop koffie lopen we terug naar de bus en rijden we naar het dorp. Ook hier maken we een wandeling waarbij we uitleg krijgen over het leven in deze kleine gemeenschap. Hierbij worden niet alleen de positieve kanten van het verhaal vertelt, maar wordt ook ingegaan op het feit dat een kleine gemeenschap een grote hel kan zijn. Na de wandeling door het dorp rijden we naar een restaurantje een eindje buiten het dorp voor een heerlijke lunch. Na de lunch rijden we terug naar het dorp om koffie te gaan drinken bij de ter plekke wereldberoemde Maria. Ik bestel een koffie Las Terrazas. Een heerlijke ijskoffie. Het koffiedrinken bij Maria is tevens het einde van deze leuke excursie.

Soroa
Uitzich over de omgeving van Soroa

Gisteren, tijdens het bezoek aan de orchieeëntuin, zagen we een aantal mensen een vlakbij het hotel gelegen heuvel oplopen, op weg naar een mooi uitzichtspunt. Met Nienke heb ik afgesproken dat wij vanmiddag met z'n tweeën dezelfde wandeling naar boven zullen gaan maken. Een wandeling waar zo'n anderhalf uur voor staat. We lopen stevig door over het omhoog lopende pad en al snel tijgt mijn hartslag en komt het zweet uit al mijn poriën. Met een jaloerse blik kijk ik naar Nienke die van dit alles geen enkele last lijkt te hebben en voor wie deze wandeling niet zwaarder lijkt te zijn dan een wandeling door het vlakke platteland in de omgeving van Dalfsen, het dorp waar wij beiden zijn opgegroeid. Na zo'n twintig minuten lopen komen we op een punt waar het pad overgaat in een trap. Na nog eens tien minuten lopen staan we bovenop de heuvel. Vanaf dit punt heb je goed zicht op het groene bergachtige landschap. Het plaatje wordt compleet gemaakt door een groep op de thermiek zwevende gieren. Na een tijdje van het uitzicht genoten te hebben en op de foto gezet te zijn met en door een Cubaanse familie beginnen Nienke en ik aan de afdaling.

Waterval bij Soroa
Waterval in de omgeving van Soroa

Terug in het dal besluit Nienke terug te gaan naar het hotelom met een deel van de groep bij een kasteeltje op een heuvel naar de zonsondergang te gaan kijken. Een optionele excursie waarvoor ik mij niet heb aangemeld. In plaats daarvan loop ik naar een waterval in de omgeving van het hotel (entree 3 CUC). Rond kwart over vier ben ik bij de waterval. Als ik een tijdje bij de waterval zit - ik wil net terug gaan naar het hotel - komen er nog twee groepsgenoten aanlopen. We maken even een praatje en zorgen dat onze aanwezigheid bij deze waterval op een foto wordt vastgelegd. Hierna loop ik terug naar het hotel. Onderweg maak ik een tussenstop bij een bouwvallig kraampje waar zo te zien drankjes verkocht worden en koop daar een plastic glas met verse jus d'orange en een overmaat aan ijsblokjes. Hierna loop ik terug naar het hotel. Hier ga ik op een terrasje zitten en even later geniet ik hier van het uitzicht en van een heerlijk koele Bucanero. Ik werk mijn dagboek waardoor ik deze mooie dag nog een keer beleef.

Maandag 22 december 2014 - naar Viñales

Meestal ben ik 's morgens vrij vroeg wakker en vandaag is geen uitzondering. Vaak maak ik dan nog wat foto's van de omgeving van het hotel in het mooie ochtendlicht, maar dat zit er vanmorgen niet in. Er hangt deze morgen een dikke nevel in de vallei waar ons hote ligt. Nevel die neerslaat op de grote dikke groene bladeren van de klimplanten die de op het terrein staan bomen driegen te verstikken. Daarna valt de nevel als dikke druppels van de bladeren waardoor het klinkt alsof het regent. Ik snap steeds beter hoe het komt dat Cuba zo groen is.

Vader en zoon
Reydi (onze chauffeur) met zijn vader (ook buschauffeur)

Als we de vallei uitrijden verdwijnt de mist, maar gaat de zon nog schuil achter een dikke wolkenlaag. Het eerste stuk rijden twee mannen die in het hotel werken met onze bus mee. Anders hadden ze dit hele stuk moeten lopen wat ze veel meer tijd gekost zou hebben dan de twintig minuten die de bus er over doet. Als we ongeveer een uur gereden hebben maken we de eerste tussenstop van deze dag. We soppen bij een wegrestaurant en een grote schuur waarin tabak wordt gedroogd. Het zijn echter niet deze twee dingen waardoor ik mij deze stop nog goed herinner. Ik herinner mij deze stop nog goed vanwege de bus die voor ons op het parkeerterrein stopt. Of beter gezegd de chauffeur van deze bus. Dit blijkt namelijk de vader van Reydi - de chauffeur van onze bus - te zijn. We zijn getuige van een hartlelijke ontmoeting van vader en zoon. Mooi om te zien.

Na deze leuke tussenstop rijden we verder totdat we in Pinar del Rio aankomen. Hier zullen we twee tussenstop maken. De eerste is bij een sigarenfabriek waar tientallen Cubanen ( voornamelijk vrouwen) in rijtjes van vijf naast elkaar sigaren zitten te draaien De sigaren gaan daarna per tien stuks in een mal om onder druk samengeperst te worden. Later deze vakantie zal een tabaksboer in Viñales aangeven dit maar niets te vinden. Volgens hem is dat niet nodig als de sigaren vakkundig (zoals hij doet) worden gerold. In de fabriek gaat dat anders en worden alle sigaren als ze uit de mal komen één voor één gecontroleerd op stevigheid. Is een sigaar niet stevig genoeg gedraaid, of juist te hard, dan gaat deze terug.

Rumfabriek in Pinar del Rio
Flessen rum worden met de hand geëtiketteerd in de rumfabriek in Pinar del Rio

De tweede stop in Pinar del Rio is bij een rumfabriek. Hoewel van het belangrijkste deel van het productieproces, de rijping van de rum in grote houten vaten - niets meer te zien is dan een hal met vaten, is het een leuk om te zien hoe de rum uiteindelijk gebotteld wordt. Net als in de sigarenfabriek ook hier veel handwerk en veel vrouwelijke werknemers. In tegenstelling tot de sigarenfabriek hangt in de rumfabriek een hele lekkere, zoete geur waardoor het mij heel wat prettiger lijkt om hier te werken. In deze fabriek worden per dag zo'n 4.300 flessen met rum machinaal gevuld om daarna handmatig afgesloten en geëtiketteerd te worden.

Na het bezoek aan de rumfabriek rijden we Pinar del Rio uit om even later in een klein stadje te stoppen Tijd om te gaan lunchen. Na de lunch rijden we verder in de richting van de vallei van Viñales. Na nog een korte fotostop rijden we eerst naar het dorp Viñales. In het kleine centrum van het dorp is goed te merken dat dit een belangrijk toeristisch gebied is.

Kamer te huur
Kamer te huur

Zo zitten er aan de hoofdstraat veel restaurantjes, lopen er veel toeristen op straat (vooral veel jonge backpackers) en je ziet op veel plekken bordjes met het blouwe symbool (dat een beetje lijkt op een dakje) waarmee aangegeven wordt dat je daar een kamer kunt huren. Na het dorp bekeken te hebben en bij de Cadeca in het dorp wat euro's omgewisseld te hebben in CUC's rijden we naar het hotel waar we de komende twee nachten zullen overnachten, Rancho San Vincente dat zo'n zeven kilometer noordelijk van het dorp ligt.

's Avonds ga ik met een deel van de groep eten bij een paladar aan de andere kant van het dorp. Bij deze- aan de rand van de vallei gelegen - paladar hebben ze een paar vlonders gemaakt bovenop, of beter gezegd net naast de top van een heuvel. Hierdoor heb je vanaf deze kunstmasige terassen een mooi uitzicht of de vallei. En als het eten er dan ook nog erg goed blijkt te smaken is dit zeker een goede keus.

Na het eten gaan we nog even iets drinken in het dorp om daarna terug te gaan naar het hotel. Tijd om mijn bed op te zoeken na deze mooie dag. Maar voordat ik kan gaan slapen moet ik nog even 'de held spelen' Een groepsgenote die samen met haar vriend in het huisje naast mij slaaptkwam er achter dat ze 'een huisdier' hebben. En wat voor een huisdier, een mooie groene kikker. En omdat haar vriend op dat moment niet in de buurt is moet ik in actie komen om de kamer kikkervrij te maken. Iets wat gelukkig vrij snel lukt.

Dinsdag 23 december 2014 - Wandelen in de vallei van Viñales

Vinales
´Nieuwsjaarspop´

De mooie, groene vallei van Viñales lijkt mij een schitterende omgeving om te voet te gaan verkennen. Daarom heb ik mij opgegeven voor een optionele excursie, een wandeling door de vallei van Viñales. Maar voordat we gaan wandelen rijden we eerst met de bus naar het dorp, waar de wandeling zal beginnen en eindigen. Om half negen vertrekken we en even later zijn we in het dorp. Hier treffen we de lokale gids en even later wandelen we het dorp uit. Aan de rand van het dorp valt mijn oog op een grote pop - met een fles rum in de hand - in de tuin voor een huis. Gisteren heb ik in het dorp ook al zo´n soort pop zien staan. Het doet mij denken aan wat ik een aantal jaren geleden in Honduras heb gezien. Hier worden eind december dergelijke poppen gemaakt die met oud en nieuw in de brand worden gestoken. Navraag bij de gids leert mij dat de pop die ik hier zie voor datzelfde doel is gemaakt en hetzelfde lot zal ondergaan.

Al snel verlaten we het dorp en lopen we tussen de tabaksvelden. Velden die met ossen geploegd worden omdat de banden van een tractor de grond te hard zouden aandrukken. En velden die bemest worden met natuurlijke meststoffen zoals de mest van de vleermuizen die in de talrijk aanwezige grotten leven.

Tabaksboeren moeten 90% van hun oogst verkopen aan de overheid. Met de overige 10% mogen zij doen wat ze willen. Zo ook de tabaksboer waar we even later op bezoek gaan. En volgens mij heeft die een hele goede oplossing voor het vermarkten van zijn 10% gevonden. Hij stelt zijn huis open voor groepen toeristen die hij laat zien hoe hij sigaren rolt. Daarna kun je bij hem setjes van tien - in plastic verpakte - sigaren kopen. En als hij aan elke groep toeristen net zoveel verkoopt als aan ons, dan heb ik zo het idee dat hij misschien wel meer verdient aan de 10% die hij op die manier verkoopt dan aan de 90% die hij gedwongen aan de staat moet verkopen.

Vinales
Vrouw van de tabaksboer speelt met een door mij - voor de kinderen - achtergelaten ballon

De boer vertelt dat hij hier woont samen met zijn vrouw en kinderen. En terwijl hij ons laat zien hoe je een goede sigaar rolt is zijn vrouw stilletjes aan het werk in het kleine keukentje. Pas tegen de tijd dat we al weer weg gaan kom ik er achter dat de vrouw als gevolg van een hersenbloeding niet meer kan praten. Ik doorzoek mijn foto tas om te kijken of ik nog iets heb wat ik kan achterlaten voor de kinderen van dit vriendelijke echtpaar. Ergens onder in de tas vind ik een groene ballon. Ik leg de ballon op tafel en loop naar buiten. Als we even later verder gaan met onze wandeling kijk ik nog een keer achterom. Tot mijn verbazing zie ik de vrouw in de deuropening laat staat terwijl ze de de ballon opblaast en weer leeg laat lopen, opblaast en weer leeg laat lopen opblaast en ........

We lopen verder door het landschap, maken nog een koffiestop en zijn om half twaalf al weer terug in het dorp. Al met al een leuke, maar zeker geen spectaculaire wandeling die wat mij betreft wel iets langer had mogen duren en iets zwaarder had mogen zijn. Na de wandeling gaan we niet direct terug naar het hotel omdat een aantal mensen nog even geld moet wisselen bij de plaatselijke Cadeca. Als dat gebeurd is rijden we terug nar het hotel.

Santo Tomas
Grotten van Santo Tomás

Na in het hotel geluncht te hebben vertrek ik met een kleine groep voor de tweede optionele excursie van deze dag. Met een taxi rijden we naar de grotten van Santo Tomás, zo'n half uurtje rijden van het hotel. We hebben warme kleding bij ons met het idee dat het in de grotten wel eens koud kan zijn. Maar als we in het dorp - waar de naar en door de grotten start onze helm met lamp uitgereikt krijgen - vragen hoe koud het in de grotten is kijkt de gids een beetje verbaasd. Hij vertelt ons dat het het hele jaar door in de grotten zo'n 23 graden is. Iets warms aantrekken is dus niet nodig.

Samen met een groep van vijf Duitse toeristen en hun gids beginnen we aan de wandeling naar de ingang van de grotten. De lokale gids zal zich hier samen met een paar toeristen die nog onderweg zijn bij ons voegen. Onderweg vertelt de Duitse gids in het Duits wat over de geschiedenis van het gebied waar we zijn. Omdat twee groepsgenoten geen Duits blijken te verstaan vertaal ik voor hen wat de gids vertelt. Dat wil zeggen, totdat we deze twee groepsgenoten ineens kwijt zijn. Zonder iets te zeggen zijn ze terug gelopen. Achteraf blijkt dat zij niet meegekregen hadden dat de lokale gids zich later bij ons zou voegen en dat zij dachten dat wij met de Duits sprekende gids de grotten in zouden gaan. Iets wat zij niet zagen zitten omdat zij geen Duits spreken. Maar even zeggen 'jongens wij gaan terug' (dan had het misverstand ook direct opgelost kunnen worden) kwam kennelijk niet bij hen op.

Santo Tomas

Als we even later bij 'het balkon' op de lokale gids staan te wachten komt deze met de verlate toeristen en mijn twee groepsgenoten aanlopen en kunnen we beginnen aan de waandeling door de grotten. De grootste grotten van Cuba en een van degrotere van Zuid-Amerika. Wat mij betreft zeker de moeite waard om te bezoeken. We lopen steeds dieper de grotten in tot we niet meer verder kunnen. Als we teruglopen horen een groepsgenoot en ik geroep achter ons. Het blijkt dat vier leden van de groep - waaronder de twee groepsgenoten die eerder af leken te haken - zo druk waren met het maken van foto's dat ze achterop zijn geraakt en nu niet meer weten hoe ze moeten lopen. We wijzen ze hoe ze moeten lopen. Als even later de gids komt kijken waar we blijven krijgt deze direct van mijn groepsgenote de wind van voren. Een beetje gelijk heeft ze wel, maar ze had dat wat mij betreft wel anders mogen brengen.

Terug bij het hotel breng ik de rest van de middag met een blikje bier en een chips door in een stoel voor mijn huisje. Terwijl ik mijn dagboek bij werk denk ik aan de vele fietsers die je in dit gebied ziet. Want ondanks de aanwezige bergen is het best een vlak gebied dat per fiets verkend kan worden doordat de meeste wegen de dalen volgen. Toch lijkt mij dit geen prettig gebied om te fietsen. Zo moet ik denken aan groep fietsen toeristen die ik onderweg zag. Dat wil zeggen, ik zag ze totdat de verdwenen in de dikke zwarte uitlaatgassen van de passerende vrachtauto. Nadat de walm was opgetrokken zag ik een aantal van de fietsers hoestend en proestend langs de weg staan.

's Avonds gaat een groot deel van de groep naar het dorp. Zelf eet ik samen met twee groepsgenoten bij schuin tegenover het hotel gelegen palader. We zijn een van de weinige gasten. Jammer voor de aardige eigenaars en jammer voor alle toeristen die hierdoor niet geproefd hebben van het lekkere eten dat je hier kunt krijgen.

Woensdag 24 december 2014 - Naar Havana

Als ik vanmorgen de deur van mijn kamer open zie ik tot mijn verbazing dat het regent. Eerst nog zachtjes, maar als ik even later ga ontbijten komt het water met bakken uit de lucht. Het lijkt een stevige regenbui geweest te zijn als ik rond negen uur met mijn tas naar de bus loop. Op dat moment is het in elk geval droog. Maar als we even later met de bus op weg gaan naar Havana is al al weer gaan regenen.

Vandaag staat in het teken van de laatste grote verplaatsing per bus tijdens deze rondreis, de rit van Viñales naar Havana. Een afstand die we naar verwachting in ongeveer drie uur zullen afleggen. Even lijkt het er op dat de zon het wint van de regen, maar even later zorgt de regen weer voor grote plassen op de weg en doet de bus het water hoog opspatten. Uit ervaring weet ik dat de wegen in dit soort landen als het regent kunnen veranderen in verraderlijke glijbanen. Gelukkig loodst Reydi ons vellig over de Cubaanse wegen. Dat geluk hebben de inzittende van de Transtour bus die op z'n kant in de berm ligt niet.

Havana

Rond kwart voor twaalf zijn we bij een wegrestaurant. We stoppen er om te gaan lunchen maar komen er al snel achter dat het er erg druk is. Besloten wordt door te rijden. Ook bij het volgende - in een buitenwijk van Havana gelegen - restaurant waar we stoppen om te gaan lunchen hebben we pech. Het restaurant is vandaag gereserveerd voor een besloten feestje. Opnieuw rijden we verder. Bij het derde restaurant waar we stoppen ben ik de enige deie pech heeft. Want als iedereen al lekker zit te eten, zit ik nog steeds te wachten op de sandwich Cubano die ik heb besteld. De serveerster heeft al aangegeven dat het even kan duren en dat blijkt niet gelogen. Tegen de tijd dat de anderen hun lunch al op of in ieder geval bijna op hebben krijg ik eindelijk mijn sandwich. Maar die is dan wel zo lekker dat het het wachten waard was.

Lennon park
Lennon park in Havana

Na de lunch beginnen we aan het eerste deel van een optionele citytour. Dat wil zeggen nadat we eerst twee groepsgenoten die hier geen zin in hebben bij het hotel hebben afgezet. Met de bus rijden we langs een aantal bijzondere plekken in Havana zoals de plek waar Fidel Castro na de revolutie zijn eerste toespraak in Havana hield en het Lennon park. We sluiten dit deel van de citytour af met een bezoek aan een lokale markt. En hoewel het er op lijkt dat de markt al bijna afgelopen is- of is hier echt zo weinig te koop - vind ik dit een van de leukere stops.

Tegen half vijf zit het eerste deel van de citytour er op en checken we in bij hotel waar we de komende nachten zullen slapen. Het hotel bestaat uit een hoofdgebouw met een groot aantal bijgebouwen met bungalows. Ik zit ik gebouw G, kamer 833. Nadat ik, met behulp van een kamermeisje, mijn kamer heb gevonden stap ik mijn kamer binnen. Of beter gezegd, mijn twee kamer appartement met een aan het zwembad grenzend balkon. Geen slechte plaats om de laatste drie nachten in Cuba te slapen.

Op deze kerstavond ga ik samen met een aantal groepsgenoten eten bij een paladar. Als we daar naar toe gaan komt het laatste nog niet gebruikte kledingstuk uit mijn tas. Nee, geen net overhemd voor kerstavond, maar mijn regenjas. Die heb ik wel nodig want het water komt met bakken uit de lucht. Met de bus rijden we door onder water staande straten. Er staat zoveel water op de straten dat sensoren in de Chinese bus luid beginnen te piepen. De bus lijkt te denken dat we in het water terecht zijn gekomen. Opvallend genoeg staat er in een tunnel waar we door moeten geen water.

Donderdag 25 december 2014 - Struinen door Habana Vieja

Havana

Ik wordt wakker met het idee dat ik het afgelopen nacht nog een paar keer heb horen regenen. Maar misschien heb ik dat gedroomd. In ieder geval is het als ik opsta droog. Wel waait het nog steeds hard. Na het ontbijt vertrek ik met het grootste deel van de groep voor het tweede deel van de citytour. Vandaag zullen we het historische centrum van Havana - Habana Vieja - te voet gaan verkennen. We beginnen bij het oudste huis van Havana en wandelen vanaf daar eigenlijk van plein naar plein. Zo komen we onder andere bij de Plaza des Armas. Een plein waar een stuk straat voor een oud gebouw niet bestraat is met stenen klinkers, maar met houten klinkers. Dat is nog eens wat anders dan de wooden shoes waar Nederland om bekend is. Onderweg maken we een koffiestop bij het hotel waar de Amerikaanse schrijver Hemmingway altijd sliep als hij in Havana was. We besluiten de wandeling rond half een op het Plaza de San Francisco de Asisi. Hierna kan iedereen op eigen gelegenheid de stad gaan verkennen. En wie dat wil kan om half drie met de bus mee terug naar het hotel. Een aanbod waar volgens mij niemand gebruik van het gemaakt. Voor mijzelf stond al direct vast dat ik niet met de bus naar het hotel zou gaan omdat ik vanmiddag Habana Vieja wil gaan beijken en vanavond ergens in de stad wil gaan eten.

Van het plein loop ik eerst naar de cruis terminal om daarna terug te lopen naar het centrum, naar het Plaza Vieja. Onderweg kom ik langs een groepje sigaar rokende vrouwen. Vrouwen die hun brood proberen te verdienen door zich door toeristen op de foto te laten zetten. Foto, foto roepen ze als ik er aan kom. Maar helaas voor deze vrouwen betaal ik slechts hoogst zelden voor het maken van een foto. Als ik zonder de reageren voorbij loop roepen ze nog harder FOTO, FOTO! Maar als ik nog niet reageer geven ze het op. Lopende door de stad geniet ik van wat ik zie. Van de mooie oude gebouwen, de oldtimers en de mensen. En met enige verbazing kijk ik naar de in een plantenbak plassende jongen. Iets wat door de voorbij lopende Cubanen kennelijk heel normaal wordt gevonden.

Inmiddels is het één uur geweest en begint mijn maag te knorren. Tijd om te gaan lunchen. En ik weet al waar. Tijdens de citytour heb ik ergens tussen de Plaza Vieja en de Plaza de San Francisco de Asisi een restaurant op de hoek van een driesprong gezien dat er gezellig uit ziet. Ik loop naar binnen en kies een tafeltje aan de rand van het restaurant, met uitzicht op de straat. Hier zit ik een tijdje terwijl ik geniet van het eten (het restaurant maakt mijn verwachting waar) en het uitzicht.

Havana

Na de lunch loop ik naar de Plaza Vieja. Hier begint net een groepje straatartiesten met hun voorstelling. Een groepje uzikanten en drie steltlopers. Eindelijk ontmoet ik hier mensen waar ik met m'n lente van ruim twee meter tegenop moet kijken. De steltlopers kunnen hier ook wel om lachen om komen mij een voor een de hand schudden. De rest van de middag wandel ik door Habana Vieja. Sommige straten en pleinen herken ik omdat we daar vanmorgen ook geweest zijn, maar er is nog voldoende nieuws te ontdekken. Naar Centro Habana ga ik nog niet. Dat deel van de stad wil ik morgen gaan bekijken.

Havana doet mij denken aan Yangon (de hoofdstad van Myanmar) waar ik een paar jaar geleden was. Ook zo'n in staat van verval verkerende stad. Maar Havana wint. Hier verkeren niet alleen - net als in Yangon - veel huizen in vervallen staat, maar daar waar in Yangon de straten nog redelijk goed waren liggen die er in Havana ook slecht bij. Alleen in het toeristische centrum liggen de staten er goed bij.

Havana

Aan het einde van de middag drink ik een koele Bucanero in de mooie binnentuin van Jardín del Oriente. Tegen zessen ga ik eten bij een paladar in de buurt van de Plaza des Armas. Ik bestel een op z´n creools geroosterd varken. Eens kijken hoe dat smaakt. Het blijkt een goede keuze. Aan een tafel naast mij zit een Cubaanse familie te eten. Opa en oma met kinderen en kleinkinderen. Als ik mijn eten op heb en opsta om naar buiten te gaan kijkt opa enigszins bezorgd mijn kant op. Bezorgt omdat hij bang is dat mijn hoofd een van de aan het lage plafond hangende en snel ronddraaiende plafondventilatoren zal raken. Ik lag naar de oude man en trek de aandacht van de rest van de familie. Een familie die mij daarop uitnodigt om bij hen aan tafel te gaan zitten. En ondanks het taalprobleem - zij spreken geen Engels en ik geen Spaans - hebben we een gezellige tijd en wordt er veel gelachten.

Als ik uiteindelijk het restaurant verlaat loop in de de richting van de vlakbij gelegen Avenue Carlos Manule de Céspedes omdat ik daareerder vandaag veel taxi's heb zien staan. En ik heb nog maar één voet op de Avenue gezet en ik wordt al aangesproken door een taxichauffeur die mij voor 10 CUC naar het hotel wil brengen. Maar helaas voor deze man is een ritje in zijn auto niet iets wat ik in gedachten heb.

Coconuttaxi
Coconuttaxi in Havana

Even verderop zie ik iets staan wat meer past bij mijn plannen. Een als kokosnoot uitgedoste bromfietstaxi. Het lijkt mij wel wat om met zo'n ding terug te gaan naar het hotel. De chauffeur vraagt 10 CUC voor het ritje. Als ik hem zeg dat ik voor dat geld ook lekker in een auto kan zitten, laat hij de prijs zakken naar 8 CUC. Ik ga achterin de kokosnoot zitten en pruttelend rijden we weg. Op de Malecón - de beroemde, zeven kilometer lange boulevard langs de Straat Florida - vraag ik mij af of ik wel de juiste keuze heb gemaakt en of ik toch niet beter in het auto had kunnen stappen. Doordat de coconuttaxi aan de voorkant open is spat het over de rand van de boulevard spattende zeewater in het gezichten van de chauffeur en mij. Maar aan de andere kant is dit juist leuk om mee te maken en rijden we maar een klein stukje langs de Malecón.

Als we het centrum van de stad uitrijden en straatverlichting schaars wordt valt mij op hoe weinig licht er uit de koplamp van deze omgebouwde bromfiets komt. Ik vraag mij af hoeveel licht de achterlampen geven en hoe goed we zichtbaar zijn voor achterop komende auto's. Als we door een tunnel rijden kost het het motortje van de taxi duidelijk moeite om weer naar boven te rijden. De chauffeur schakelt terug en langzaam rijden we naar boven.

Terug in het hotel ga ik naar mijn kamer. Ik lig nog even op bed waarbij ik terugdenk aan een mooie dag in Havana. Ik was van plan om nog wat te lezen in een boek dat geschreven is door een zus van Fidel Castro die na de revolutie de kant van de tegenstanders van het communistische bewind koos waardoor ze uiteindelijk het land moest verlaten omdat ze in Cuba moest vrezen voor haar leven. Maar helaas blijkt mijn tablet er inmiddels helemaal mee opgehouden te zijn.

Vrijdag 26 december 2014 - Een Chinese wijk zonder Chinezen

Havana
Waarschuwing op het bovendek van de hop-on hop-off bus om te blijven zitten als de bus rijdt

Zittend op het bovendek van de hop-on hop-off bus kijk ik naar de waarschuwing op de stoelleuning voor me om te blijven zitten als de bus rijdt. Geen overbodige waarschuwing want zelfs terwijl ik zit strijken laaghangende takken door mijn haar. En de elektriciteitskabels hangen nauwelijks hoger.

Nadat ik gisteren Habana Vieja heb verkend ben ik nu met de hop-on hop-off bus onderweg naar het centrum om de wijk Centro Habana te gaan bekijken. Voor slechts vijf CUC kun je een hele dag onbeperkt gebruik maken van deze vorm van openbaar vervoer. Op dit vroege uur ben ik een van de weinige passagiers in deze bus, maar midden op de dag zie zie volle en zelfs overvolle bussen door de stad rijden. En aangezeien er een halte vlakbij het hotel is, is dit een mooie manier om naar het centrum te gaan. Even na tienen stap ik uit bij Parque Centra. Vanaf de halte loop ik naar het Capitolo National. En als ik dan nog even door loop zie ik ineens midden in Havana een aantal oude locomotieven staan en een oude gele Nederlandse bus. Een man gebaard dat ik wel mag komen kijken. Iets wat ik met plezier doe. Als ik weer weg wil gaan vraagt de man of ik iets wil doneren voor de restauratie van de oude locomotieven. Natuurlijk wil ik dat wel, maar wat is een redelijk bedrag? Ik geef de man twee CUC die de man zonder een woord te zeggen aanneemt. Was hij nu blij met mijn donatie of vond hij mij maar een gierige Hollander?

Poort naar de Chinese wijk in Havana
Poort naar de Chinese wijk in Havana

Als ik nog een stukje door loop sta ik bij de een poort die aangeeft dat daar de Chinese wijk in Havana - El Barrio Chino - begint. Omdat ik graag wil zien hoe Chinezen in havana wonen en leven loop ik de wijk in. Maar eerlijk gezegd zie ik geen verschil met andere delen van de stad. En dat geldt niet alleen voor de gebouwen, maar ook voor de mensen op straat. Weinig Chinezen. Dat kan wel kloppen want in haar beste Engels legt een Cubaanse vrouw mij uit dat er tegenwoordig geen Chinezen meer in de Chinese wijk wonen, maar Cubanen. Chinezen, zo zegt zij, wonen niet in Cuba maar in China.

Midden in de Chinese wijk zie ik een kapperszaak. Voor drie CUC laat ik mij hier scheren. Een oud mannetje die al zat te wachten toen ik binnen kwam is het volgens mij niet eens met het feit dat de kapper mij voor laat gaan. Maar de kapper laat deze kans om een paar CUC's te verdienen niet aan zich voorbij gaan. Met een glad geschoren gezicht verlaat ik even later de kapperszaak en de Chinese wijk. Als ik achterom kijk zie ik dat de oude man met een tevreden blik plaatsneemt in de kapperstoel. Via Parque Central loop ik in de richting van de Prado, een van de belangrijkste winkelstraten van Havana. Officieel heet deze straat de Paseo de Marti, maar iedereen noemt de straat nog steeds bij de naam die deze straat had voor de revolutie, Prado. Als ik hier in mijn eentje rond loop wordt ik - net als in Baracoa - door vrouwen die hun geld in bed (maar niet slapend) verdienen als mogelijke bron van inkomsten gezien. Meerder keren wordt ik op straat aangesproken. En als ik even later op een terrasje ga zitten om te gaan lunchen zit ik niet lang alleen aan tafel. Nog voordat ik heb kunnen bestellen heb ik al gezelschap gekregen van een tafeldame. Zij geeft aan dat ze wel met mij mee wil naar mijn hotel voor l'amour. En dat voor slechts veertig CUC. Als even later een serveerster de bestelling komt opnemen bestel ik een natural limonade en een visje. Zonder blikken of blozen bestelt de vrouw een mojito. Ik gebaar naar de serveerster dat ik die niet ga betalen. Hierop ontstaat een verhitte discussie tussen beide vrouwen. Een discussie waar ik geen woord van versta, maar waar ik wel van geniet. Mijn tafeldame - die kennelijk ineens geen dorst meer heeft nu ze zelf moet betalen - blijft nog een tijdje bij mij aan tafel zitten terwijl ze mij met een zachte, haast fluisterende stem toespreekt en haar lange slanke vingers zachtjes over mijn arm laat gaan. Maar als ik nog steeds niet reageer en even later meer aandacht heb voor mijn visschotel dan voor haar staat zij op en loopt zij de straat weer op. Maar ze geeft het nog niet op en blijft mij in de gaten houden. Zelf kijk ik eens goed om me heen naar de andere aanwezigen op het terras. Aan één tafeltje zit een ouder stel en aan een ander twee toeristen. Aan twee andere tafeltjes zit een blanke man met een veel jongere vrouw. Volgens mij doen deze vrouwen vandaag wel goede zaken.

De rest van de middag slenter ik door Centro Habana. Rond half vijf hou ik het voor gezien en ga ik op zoek naar passend vervoer naar het hotel. Natuurlijk kan ik weer in een hop-on hop-off bus stappen. Het kaartje dat ik vanmorgen heb gekocht is nog de hele dag geldig, maar dat is niet wat ik in gedachten heb. Nee, ik heb deze vakantie nog niet in een van de vele oldtimers die je in Cuba rond ziet rijden gezeten en ik vind een reis naar Cuba niet compleet als ik niet in een oldtimer heb gezeten. En dan niet zo'n mooie goed gerestaureerde oldtimer waarmee toeristen een ritje door de stad kunnen maken, maar een oude roestige, rammelende oldtimer zoals je die hier veel rond ziet rijden. Na even zoeken zie ik een taxi staan die aan mijn voorwaarden voldoet. Een oude Chevrolet, gespoten in meerdere kleuren blauw afgewisseld met roestplekken en gaten waar ooit sierstrips rond de ramen hebben gezeten. De taxichauffeur regeert eerst een beetje verrast als ik heb vraag hoeveel een ritje naar het buiten het centrum van de stad gelegen hotel moet kosten. Kennelijk maken niet veel toeristen gebruik van de diensten die hij aanbiedt met zijn oude Chevrolet. Hij vraagt 15 CUC. Ik biedt 10 en uiteindelijk komen we uit op 12 CUC. Ik ga voorin de taxi zitten en de chauffeur doet zelf de deur aan mijn kant dicht. Je moet namelijk even weten hoe je de deur dicht krijgt. Eerst optillen en dan dicht doen. Hoewel dicht. Ramen zitten er niet meer in de deuren en tussen de deur aan mijn kant en het dak zit een brede kier. Perfect!

We rijden weg en ik bekijk de binnenkant van de auto Het eerst wat mij opvalt is dat er in deze oude Chevrolet het stuur van een Kia zit. Verder valt mij op dat het er geen scheuren of gaten in de leren bekleding van de stoelen zit. Maar dat is dan ook zo'n beetje het enige wat goed is aan deze auto. Met veel lawaai en met een grote zwarte roetpluim achter de auto rijden we naar het hotel. Tevreden stap ik even later uit. Dit was precies wat ik in gedachten had. En dus krijgt de man toch nog de 15 CUC die hij in eerste instantie vroeg voor dit reitje.

Omdat dit de laatste avond is die we als groep in Cuba door zullen brengen gaan we deze avond met de hele groep uit eten bij een paladar in het centrum van de stad. Natuurlijk gaan Abel en Reydi ook mee. Deze avond staat dan ook in het teken van het afscheid van de mensen die ons de laatste drie weken goed door Cuba hebben geloodst. Nienke, Abel en Reydi. Aan het eind van de avond rook ik een Cubaans sigaar. Hiervan krijg ik vooral een erg droge keel. Terug in het hotel koop ik daarom nog even snel een grote fles water. Die is de volgende ochtend leeg.

Zaterdag 27 december 2014 - De laatste ochtend in Havana

Havana

Gisterenavond hebben we te horen gekregen dat we vandaag om 13.00 uur zullen beginnen aan de laatste rit in de inmiddels zo vertrouwd aanvoelende bus, een rit naar het vliegveld bij Varadero. Dit bekent dat we nog een vrij te besteden ochtend in Havana hebben. Zelf heb ik geen zin om vanmorgen nog een keertje naar het centrum te gaan, maar ook heb ik geen zin om de hele ochtend bij het zwembad te gaan zitten. En dus wandeling na het ontbijt in de richting van de weg waar het hotel aan ligt. Eerst maar eens naar een vlakbij het hotel gelegen kerk lopen. In de kerk is het rustig. Dat wil zeggen, er zijn weinig mensen. Wel wordt er kerstmuziek gedraaid waarbij meneer pastoor de volumeknop flink omhoog gedraaid lijkt te hebben. Na het interieur van de kerk bekeken te hebben ga ik weer naar buiten.

Havana

Ik loop om de kerk en zie een fotomodel die bezig is om zich om te kleden. Schoenen met hoge hakken en kort roze jasje aan. Een hoedje op haar hoofd maakt haat outfit compleet nadat de make-up is bijgewekt kan de fotograaf beginnen. Het model poseert en de fotograaf maakt een paar foto's. Hij bekijkt het resultaat op het schermpje van de camera. Kennelijk is hij nog niet helemaal tevreden met het resultaat. Het licht valt niet goed op het gezicht van het model. In Nederland zo er dan een reflector gepakt worden, maar kennelijk beschikt deze fotograaf niet over dergelijke accesoires. Een van de twee vrouwen die bij deze fotoshoot aanwezig is biedt hulp. Zij houdt haar hand schuin boven het hoofd van het model waardoor via haar hand gereflecteerd zonlicht op het gezicht van het model valt.

Russische ambassade in Havana
Russische ambassade in Havana

Ik wandel verder in de richting van de Russische ambassade. En hoewel dit een woonijk is, is er voldoende te zien. Een man verlaat zijn huis, legt een aktentas achter in zijn goed onderhouden auto en rijdt weg. Even verderop loopt een vrouw rondjes op een atletiekbaan en is een man naast de atletiekbaan aan het trainen op sporttoestellen. In deze wijk staan meerdere ambassades zoals die van Trinidad en Tobego, de Republiek Belarus (Wit-Rusland) en natuurlijk de Russische ambassade die ver boven de bomen en alle andere gebouwen uit steekt. Bij deze ambassades hoort natuurlijk ook beveiliging. Zo staan bij meerder kruispunten een soort van wachthuisjes waarin agenten zitten die de omgeving in de gaten houden. Bij een van deze huisjes stopt een moteragent om een praatje te maken met de agent in het huisje. Even verderop zijn een aantal mannen bezig om met grote kapmessen een aantal struiken terug te snoeien. De in het groen gestoken 'mannen van de buitendienst' stoppen even met hun werk als ik voorbij kom en vragen of ik ze op de foto wil zetten. Een verzoek waar ik met alle plezier aan voldoe.

Vanaf de Russische ambassade loop ik via het Acuario Nacional Cuba naar het strand. Of beter gezegd, naar de zee. Want een strand kun je het rotsachtige terrein dan vol ligt met al dan niet rottend afval wat mij betreft niet noemen. Toch staat er een toeriste in bikinie op een rotsblok bij het water. Ze lijkt te aarzelen of ze het water in zal gaan of niet. Verder zijn er afgezien van een paar Cubanen geen mensen op het 'stand'. Terug bij het hotel loop ik even naar de supermarkt en koop wat chocoladewafels voor in het vliegtuig. Rond elf uur ben ik terug op mijn kamer.

Ik neem een douche, trek schone en vooral frisse kleren aan voor de terugreis en pak mijn tas in. En voordat ik het door heb is het één uur. Tijd om voor de laatste keer deze vakantie uit te checken. Even later vertrekken we met de bus in de richting van Varadero. Maar niet nadat we Nienke afgezet hebben bij het hotel in Havana waar zij de komende twee nachten zal slapen. En dan verlaten we Havana. Halverwege maken we een laatste koffiestop en rond half vier zijn we bij het vliegveld. Bij de bus nemen we afscheid van Reydi. Abel gaat mee de vertrekhal in en wijst ons waar we moeten zijn om in te checken. Bij het inchecken lijkt het er eerst op dat mijn reservering van een plek aan het gangpad niet bekend is, maar even later is dit misverstand opgelost. Nog even de airporttax (25 CUC) betalen en het visumformulier afgeven en dan is het tijd om afscheid te nemen van Abel. Even later meldt ik mij bij de douane. Hier moet ik opnieuw door de knieën om moet ik mijn bril afzetten voor de foto. Achter de douane ga ik met een paar groepasgenoten wat eten en koop ik een flesje water voor in het vliegtuig. Ook eten we nog even iets voordat we het vliegtuig in gaan want als je met Arke Fly gaat vliegen kun je beter vooraf al iets gegeten hebben.

Om half zes land het toestel van Arke Fly waarmee we via Cancun naar Schiphol zullen vliegen. Als een van de laatsten ga ik aan boord. IK heb geen haast. Ik heb immers een gereserveerde plaats. Maar dan blijkt dat we tot Cancun sprake is van vrije stoelkeuze. Gelukkig vind ik nog een plekje aan het gangpad waar ik met mijn lange benen nog redelijk goed kan zitten. Na een uurtje vliegen landen we keurig volgens schema in Cancun. Maar dan begint de vertraging. Eerst moeten we in verband met extreme drukte op het vliegveld een tijdje wachten voordat we bij een van de gates terecht kunnen. Uiteindelijk zet de piloot het vliegtuig neer op een platform en worden de passagiers die hier uitstappen met bussen naar de aankomsthal gebracht. Maar dit betekent ook dat de mensen die hier aan boord komen met bussen aangevoerd moeten worden. Hierdoor duurt de tussenstop langer dan verwacht. Heel even dreigt de tussenstop nog langer te duren als bij een tweetal stoelen schuin voor mijn plaats ineens de zuurstofmaskers naar beneden komen. Maar gelukkig is dat vrij snel hersteld.

Rond half elf (Cubaanse tijd) zijn we klaar voor vertrek. We zullen langs de Amerikaanse oostkust naar het noord vliegen. De piloot waarschuwt voor mogelijke turbulentie bij Canada. Hij adviseert daarom om te gaan slapen met de veiligheidsgordel om.

Zondag 28 december 2014 - Naar huis

Na een rustige vlucht waarbij de verwachte turbulentie ter hoogte van Canada uit bleef wordt om tien voor half twee de landing ingezet. De gezegvoerder meldt dat we aan zullen leggen bij de D-pier (D2) waardoor we niet ver zullen hoeven te lopen. Alsof hij daar persoonlijk voor heeft gezorgd.

Als ik mijn tas van de bagageband heb gepakt is het tijd om afscheid te nemen van de groep mensen waarmee ik de laatste drie weken door Cuba ben getrokken. Ik loop in de richting van het station en kijkt wanneer de volgende trein naar Zwolle vertrekt en zie dat er nog voldoende tijd is om op Schiphol nog even iets te eten.

In de trein naar Zwolle denk ik terug aan de reis. Het land en de hartelijke Cubanen hebben zeker aan mijn verwachtingen voldaan. Al bleken sommige dingen die ik vooraf gelezen had niet helemaal te kloppen. Zo zijn er op Cuba wel geldautomaten, alleen kunnen wij daar met onze westerse bankpassen geen gebruik van maken. Ook blijkt Cuba niet een van de twee laatste landen te zijn waar geen Coca Cola verkocht wordt (het andere land waar Coca Cola niet te koop zou zijn zou Noord Korea zijn). Hoewel zeker niet algemeen verkrijgbaar (op de meeste plekken wordt de lokale variant Tucola verkocht) zijn er wel plekken te vinden waar Coca Cola verkocht wordt.

Het land was armer en vooral meer in staat van verval dan ik vooraf had verwacht. Maar volgens de Cubanen is dat niet de schuld van Castro, maar van de Verenigde Staten. Cuba en de Verenigde Staten, twee buren die al zo'n vijftig jaar ruzie hebben. Een ruzie waar nu mogelijk een einde aan komt. Maar of dat in de praktijk zo snel zal gaan als de Cubanen hopen? En of dat zo snel tot een stijging van de welvaart zal leiden als de Cubanen hopen? Vanaf nu zal ik het nieuws over Cuba in ieder geval met iets meer interesse volgen.