Reisverslag Cuba
Havana
Als je je bij een bezoek aan de Cubaanse hoofdstad Havana beperkt tot de oude stad, zul je na de vakantie je familie en vrienden in enthousiaste verhalen vertellen over de fraai gerestaureerde mooie oude koloniale gebouwen die je daar gezien hebt. Maar als je de moeite neemt om ook even buiten het oude centrum te kijken kun je het thuisfront ook vertellen over het Havanna waar de mensen wonen in vervallen huizen op instorten lijken te staan en waar de straten vol gaten en kuilen zitten en het afval zich opstapelt.
Havana is in drie wijken te verdelen: Havana Vieja (Oud-Havana), Centro Havana en Vedado. Havana Vieja is de oudste wijk vol historische bezienswaardigheden. Het lijkt alsof de tijd er stil is blijven staan. Centro Havana is een wijk met gebouwen uit verschillende tijden in verscheidene bouwstijlen. Rond 1890 is men begonnen met het bouwen van de wijk, maar pas rond 1940 werd de bouw afgerond. De derde wijk is Vedado wat 'verboden' betekend. De wijk dankt deze naam aan het feit dat er op deze plaats niet gebouwd mocht worden.
Geschiedenis
Het hart van de stad is tevens het oudste deel van de stad. Nadat de Spaanse conquistador Pánfilo de Narváez het westen van Cuba had veroverd stichtte hij - in opdracht van Diego Velázquez - de eerste nederzetting; San Christobal de la Habana. Hoewel tegenwoordig niemand het meer zeker weet lag deze nederzetting waarschijnlijk niet op de plek waar de stad nu ligt. Waarschijnlijker is het dat de rond 1514 gebouwde nederzetting aan de zuidkust bij de Golf van Batabanó lag. Deze streek was voor de Spanjaarden van strategisch belang omdat van hieruit Spaanse schepen door konden varen naar Midden- en Zuid-Amerika. Maar de gunstige ligging woog niet op tegen de ongunstige leefomstandigheden. Moerassen, muggenplagen en ziektes dwongen de Spanjaarden er tot drie keer toe om te verkassen. In 1519 vestigden de Spanjaarden zich aan de westkant van wat tegenwoordig de Bahia de la Habana heet. De stad die zij op deze plek bouwden zou zich in de loop van de eeuwen ontwikkelen tot het huidige Havana.
Onder andere door de winst die gemaakt wordt met de handel in slaven stijgt de welvaart in de stad snel. Hierdoor trekt de stad de aandacht van vijandelijke vloten en piraten. Deze vallen met enige regelmaat de stad aan. In die jaren heeft de stad zwaar te lijden onder deze aanvallen waarbij grote delen van de stad worden vernietigd. Maar keer op keer wordt de stad weer opnieuw opgebouwd en neemt het belang van Havana steeds meer toe. In 1553 wordt de ambtszetel van de gouverneur verplaatst van Santiago de Cuba naar Havana. Gelijktijdig wordt de haven van Havana per koninklijk decreet uitgeroepen tot verzamelpunt voor schepen met zilver en kruiden uit de nieuwe koloniën. Maar pas nadat de Franse piraat Jacques de Sores in 1555 Havana overvalt en leegrooft beginnen de Spanjaarden met het bouwen van verdedigingswerken die de stad moeten beschermen.
Hoofdstad van Cuba
In 1607 wordt Havana de nieuwe hoofdstad van het land. Vanaf dat moment worden er vanuit het paleis van de gouverneur wetten en (belasting)regels opgesteld die voor het hele land gelden. Ondanks de status van hoofdstad en de belangrijke regionale functie van de haven van Havana is de stad aan het begin van de 17de eeuw zeker nog geen metropool. Direct achter de mooie pleinen kom je in die tijd in een gebied met onverharde, modderige straten waar het niet alleen 's nachts gevaarlijk is en waar met enige regelmaat besmettelijke ziekten uitbreken.
Aan het begin van de 18de eeuw is de stad een welvarend handelcentrum en - na Lima en Mexico stad - uitgegroeid tot de derde stad van de Nieuwe Wereld. In 1723 worden er in de haven werven gebouwd waar fregatten voor de Spaanse oorlogs- en handelsvloot gemaakt worden. Maar ook cultureel wordt het belang van de stad steeds groter. Zo stichten de dominicanen in 1728 de eerste universiteit in Havana en krijgt Don Francisco de Paula in 1735 toestemming - kennelijk had je die in de tijd nodig - om een drukpers te maken (de eerste in Havana).
De Engelsen komen en gaan
Al lange tijd keken de Engelsen met interesse naar dit aan de Spaanse kroon loyale eiland. In 1672 verklaart Engeland Spanje de oorlog en in juni van dat jaar landen Engelse troepen in het ten oosten van Havana gelegen Conjímar. Wegens gebrek aan minutie geven de Spaanse troepen zich op 11 augustus over en tekenen ze de capitulatie. In de tijd die hierop volgt maken de Engelsen de Spaanse handelsmonopolie ongedaan en heffen ze de repressieve belastingen op. Als gevolg hiervan bloeit de stad op. Kooplieden vestigen zich in de stad waar goederen tussen Cuba en de Engelse koloniën in Noord-Amerika worden verhandeld.
Na een jaar ruilen de Engelsen Havana in voor Florida waardoor de Spanjaarden de het gezeg krijgen over Cuba. Maar de Spaanse kroon draait de door de Britten genomen maatregelen niet volledig terug. Zo komt de Spaanse handelsmonopolie niet terug. Als gevolg daarvan groeit de stad nog verder en neemt de welvaart toe. Het aantal inwoners van de stad groeit voortdurend en in 1860 telt de stad 160.000 inwoners. De stad groeit uit haar voegen en in 1863 wordt de ring van stadsmuren neergehaald om plaats te maken voor nieuwe woonwijken. Als in 1893 een waterleiding wordt aangelegd is Havana die modernste stad van Latijns-Amerika.
Havana na de Onafhankelijkheidsoorlog
Na de onafhankelijkheidsoorlog tegen Spanje wordt Cuba in feite een kolonie van de Verenigde Staten en ontwikkeld Havana zich tot het centrum van de nieuwe American way of life. Rijken bouwen grote villa's op de groene heuvels van Vedado en in het geboeid tussen Havana Vieja en Vedado schieten warenhuizen, huurkazernes (solares) en bordelen als paddestoelen uit de grond.
Havana onder Castro
Direct na de revolutie is er vooral aandacht voor de intwikkeling van het platteland. Dit heeft tot gevolg dat er maar weinig geld naar Havana gaat. De bedoeling hieracht is om de stad - die in 1959 ongeveer 1,6 miljoen inwoners kent - niet verder te laten groeien maar het belangrijkste gevolg is dat de huizen in Havana niet meer onderhouden worden. De regering geeft in die tijd prioriteit aan het terugdringen van het aantal prostituees (door ze ander werk aan te bieden), het sluiten van de casino's en het herhuisvesten van de sloppenbewoners.
Als in 1990 in Cuba een economische crisis uitbreekt is er geen geld en materiaal meer om de stad te onderhouden en raakt de stad steeds verder in verval. Completen buurten veranderen in feite in sloppenwijken en cruciale zaken als schoon drinkwater en het ophalen van vuilnis komen onder druk te staan. Veel straten verkeren in een slechte toestand. Grote gaten in het wegdek belemmeren een vlotte doorgang van het verkeer en vormen 's nachts een gevaar voor voetgangers. Satirisch wordt wel eens gezegd dat elk van de 2,4 miljoen inwoners van Havana zich 'eigenaar' mag noemen van een gat in het wegdek ter grootte van een badkuip.
Inmiddels zijn veel van de mooie oude koloniale gebouwen in het oude centrum fraai gerestaureerd, maar verkeerd de rest van de stad zich in een vervallen toestand.
Havana Vieja (Oud-Havana)
Het historische centrum van Havana kenmerk zich door fraaie koloniale gebouwen aan een fijnmazig stratennet. Straten die deels zijn afgesloten voor gemotoriseerd verkeer en op die straten die wel toegankelijk zijn voor gemotoriseerd verkeer wordt de doorgang met engie regelmaat versperd door steigers of stutten voor vervallen gebouwen die er uit zien alsof ze elk moment in kunnen storten. Er is dan ook eigenlijk maar één manier om dit deel van de stad te verkennen; te voet. En kies hierbij niet voor een georganiseerde wandeling met een gids, loop ook geen in reisgidsen voorgestelde wandelroute, maar loop zonder doel en tijdsdruk door de wijk. Een goed punt om een dergelijke wandeling te beginnen is de Plaza de Armas.
Plaza de Armas
De Plaza de Armas is het kloppende hart van Havana Vieja. Zoals in vrijwel elke stad waar Spanjaarden vroeger de baas waren heeft ook Havana een 'wapenplein'. Dergelijke pleinen werden speciaal aangelegde voor parades en exercities van Spaanse troepen. In de 18de en 19de eeuw was dit plein het centrum van de stad. Maar ook tegenwoordig is de Plaza de Armas een van de levendigste en mooiste koloniale pleinen van Havana.
Plaza de la Cathedral
Op de plek waar tegenwoordig de Plza de la Cathedral ligt lag oorspronkelijk een groot moeras. Nadat het moeras was drooggelegd werd hier de eerste waterleiding van de Nieuwe Wereld - het Chorroaquaduct - aangelegd. Maar dat voorkwam niet dat het plein als de buurt er om heen in de 18de eeuw een slechte naam had. Dat veranderde toen er in 1740 een kleine missiekerk werd gebouwd. In de loop van de jaren werd de kerk verder uitgebouwd totdat de bouw in 1789 werd voltooid. Op dat moment verhuisde de belangrijkste kerk van de stad van de Plaza de Armas naar La Cathedral.
Palacio de los Condes de Bayona
Tegenover La Cathedral staat het Palacio de los Condes de Bayona. In dit oudste bouwwerk aan het plein was ooit de rumfabriek Havana Club gevestigd. Tegenwoordig is in het gebouw het Museo de Arte Colonial gevestigd.
La Bodeguita del Medio
Vlakbij de kathedraal begint de Calle Empedrado. aan deze straat ligt een van de beroemdste horecagelegenheden van het land, La Bodeguita del Medio. Oorspronkelijk was het een zaak waar arbeiders van drukkerijen in de omgeving tussen de middag kwamen lunchen. Maar al snel trok de zaak een heel ander publiek aan. Het werd al snel de favoriete kroeg van veel schrijvers en intellectuelen waaronder Ernest Hemingway.
Tegenwoordig is La Bodeguita del Medio vooral populair bij toeristen die elkaar verdingen in de kleine bar en is het eten er een massaproduct geworden.
Plaza de San Fransisco
Vanaf de zuidzijde van de Plaza de Armas loop je over de oudste straat van Havana - de Calle Officios naar het fraai gerestaureerde Plaza de San Fransisco. Je weet direct dat je het plein hebt bereikt als je de fraaie Fuente de Leones (Leeuwenfontein) ziet die het middelpunt van dit plein vormt. Langs het plein staan verschillende cafés en op passagiers wachtende koetsjes. Maar het meest in het oog springende bouwwerk aan het plein is de Basílica de San Fransisco. In dit uit 1739 stammende fransiscanenklooster is tegenwoordig en klein museum voor sacrale kunst gevestigd. Bovenin de 46 meter hoge klokkentoren heb je een mooi uitzicht over de baai en delen van het historische centrum.
Centro Havana
Het Capitolio
Bij de vroeger chique straat Paseo de Martí - kortweg Prado - eindigt de wijk Havana Vieja en begint Centro Havana. In deze wijk ligt het Capitolio. Het Capitolio werd in 1929 gebouwd naar het model van het Capitool in Washington. In het gebouw huist nu het Ministerie van Wetenschap, Technologie en Milieu. Op korte afstand vind je het Teatro Garcia Lorca, het Gran Teatro de la Havana, de thuishaven van het Cubaans Nationaal Ballet.
Malecón
In Centro Havana ligt ook de beroemdste Havana, de Malecón. Deze boulevard verbindt de wijken Havana Viejo, Centro Havana en Vedado. De beste tijd om deze uit 1926 stamende boulevard te bezoeken is even voor zonsondergang. De Malecón is een
populaire ontmoetingsplaats voor verliefde stelletjes, maar het is ook een plek waar illegale deals worden gesloten.
Vedado
Geschiedenis
In tegenstelling tot wat de naam doet vermoeden is sinds het einde van de 19de eeuw nieuw de wijk Centro Havana, maar de wijk Vedado het centrum van de stad. De naam van de wijk 'Vedado' - wat verboden betekent - slaat op de ontstaansgeschiedenis van deze wijk. De langgerekte heuvel waar de wijk op gebouwd is was oorspronkelijk begroeid met bomen die niet gekapt mochten worden. Dat ging goed totdat aan het begin van de 20ste eeuw steeds meer rijke Cubanen en Amerikanen op het idee kwamen om op de heuvels een huis te bouwen waardoor zij zich verzekerden van een mooi uitzicht op de zee en een fris windje. Heel wat betere omstandingheden dat in het warme, vervuilde en dicht bebouwde Havana Vieja. En dus maakten de bomen plaats voor mooi villa's aan brede straten en mooie parken.
Edificio FOSCA
Het silhouet van de wijk Vedado wordt bepaald door het Edificio FOSCA. Toen dit gebouw in 1950 werd gebouwd was het het hoogste gebouw in Cuba, tegenwoordig is het nog steeds het grootste gebouw in Cuba. Het mooiste gebouw is het echter nooit geweest.
In de beginjaren was het populair bij de rijkeren die er een appartement kochten. Na de revolutie werd het eerst gebruikt om studenten te huisvesten en later woonden er vooral vaklieden uit de Sovjet-Unie. Tegenwoordig is het een vervallen gebouw met eindeloze etages en vastlopende liften. Alleen het restaurant op de bovenste verdieping is een bezoek waard. Hier kun je onder genot van een goede maar prijzige maaltijd genieten van het uitzicht.
Cementario Cristóbal Colón
Op de hoek van Calzada de Zapata en Calle 12 ligt het Cementario Cristóbal Colón. Deze, naar Columbus vernoemde, begraafplaats omvat ongeveer 800.000 graven en bijna 100.000 grafmonumenten. Het is een van de mooiste begraafplaatsen van Latijns-Amerika.
Plaza de la Revolución
In de omgeving van het Cementario Cristóbal Colón ligt de Plaza de la Revolución. Het plein is weinig meer dan een uitgestrekte betonvlakte maar is toch de moeite van het noemen (en eventueel bezoeken) waard vanwege de aanwezigheid van het 105 meter hoge Monumento José Martí. De monument is tevens de hoogste uitkijktoren van Havana.