Kampie.info

Reisverslag Indonesiƫ
(Sumatra, Java en Bali)



Vlag Indonesie

Week 4 (Bali)

In 2013 heb ik van 3 juni tot en met 2 juli een 30-daagse rondreis door Indonesië gemaakt. En meer specifiek, een reis over de eilanden Sumatra, Java en Bali. Oftewel, een reis langs vulkane en rijstvelden. Deze reis heb ik geboekt bij Sawadee in Amsterdam. Op deze pagina staat een verslag de vierde week van deze reis.


Links naar aanvullende informatie:

Algemeen:

Feiten en cijfers

Filmpjes

Foto's

Nationale vlag

Sumatra:

Feiten en cijfers

Java:

Feiten en cijfers

Bali:

Feiten en cijfers

Externe links:

Dopper

Kindertehuis Bukit Lawang

Indonesië.nl

Stichting Semangat

Dinsdag 25 juni 2013, Lovina

Een groot deel van de groep is vanmorgen om zes uur in twee smalle vissersbootjes de zee opgegaan om dolfijnen te spotten. Mede op basis van een niet al te enthousiast stukje hierover in de Lonely Planet heb ik besloten niet mee te gaan. Ze komen terug als ik net zit te ontbijten. Uit hun verhalen maak ik op dat het een leuke excursie was, maar ook niet meer dan dat.


Bamboebruggetje

Na het ontbijt loop ik naar het strand en sla daar linksaf in de richting van het vlakbij gelegen vissersdorpje. Het is mijn bedoeling om vanmorgen over het strand naar Lovina te lopen. Een wandeling van zo'n 45 minuten. Maar dat blijkt minder eenvoudig dan gedacht. In het visserdorpje blijkt een klein betonnen bruggetje ingestort en moet ik over een wel erg wankel bamboebruggetje. Maar die lijkt mij toch wel stevig genoeg om mijn 115 kilo te kunnen dragen. Dit blijkt een goede inschatting. Aan het eind van het vissersdorp moet in opnieuw een sloot over. Breder en dieper dan de vorige. En hier ligt zelfs geen wankel bamboebruggetje en het water lijkt met te diep om na de overkant te lopen. Als je er niet overheen, of doorheen kunt, blijft er maar een optie over en dat is er omheen lopen. Ik sla linksaf en loop lang het water in de hoop dat er een plek komt waar ik wel naar de overkant kant.

Maar in plaats van smaller wordt het water eerst alleen maar breder. Ik kom uit bij een kleine lagune waarin twee boten liggen. Een oude halfverroeste boot die scheef in het water ligt en een redelijk nieuw uitziende politieboot. De XI-1021. Na de lagune wordt het water een smal slootje. Zou ik hier naar de overkant kunnen? Ik durf het niet aan want om bij het slootje te komen moet ik door struiken die op de oever groeien. En wie wat wat daar allemaal in zit. En dat er dieren zitten staat voor mij wel vast want enige regelmaat met een grote plons dieren het water in gaan als ik aan kom lopen. Ik loop verder langs de rijstvelden net buiten het dorpje en zorg er voor dat ik steeds zo dicht mogelijk bij het water blijf. Maar een plek om het water over te steken zie ik niet. Ik ben al bijna bij de drukke verkeersweg naar Lovina als ik bij een klein tempeltjes kom en een kleine lotusvijver. Heel even heb ik de hoop dat ik via het paadje langs de tempel naar de andere kant kan. Maar ook hier loop ik mij vast. Wat te doen? Doorlopen naar de weg, een klein stukje de weg volgend en dan door de rijstvelden het strand weer opzoeken? Ik zou het kunnen proberen, maar wie weet welke onverwachte hindernissen ik verderop nog tegen zal komen.

Ik besluit het er niet op te wagen en loop door de rijstvelden terug naar het vissersdorp. In het dorp koop ik bij een klein winkeltje een flesje cola. Schuin voor de winkel staat een soort prieeltje met een verhoogde vloer. Ik ga op de rand van de vloer zitten om rustig mijn cola op te drinken. Nou ja, rustig? Binnen de kotste keren staat er een groep kinderen om me heen die allemaal op de foto gezet willen worden en daarna de foto willen zien. Het leuke is dat, zeker de oudere kinderen, allemaal zo hun eigen idee hebben over hoe ze op de foto gezet willen worden. Zo is er een jongen die op de foto gezet wil worden met een apenmasker op. Een meisje houdt heel demonstratief een zakje met haar favoriete snoepjes in beeld als ik het op de foto zet. Andere nemen een vreemde houding aan of trekken een gekke bek als ik ze op de foto zit. En allemaal liggen ze dubbel van het lachen als ze het resultaat zien.

Warung Rasta
Warung Rasta (Lovina)

Vanaf het vissersdorp loop ik over het zwarte strand terug in de richting van het hotel. Aan de rand van het dorp ga ik bij 'Warung Rasta' aan een van de tafeltjes zitten die hier op het strand staan. Ik drink hier een colaatje en maak een praatje met twee Zwitserse jonge vrouwen de samen een rondreis door Indonesië maken. Hierna loop ik terug naar het hotel. Hier lig ik een tijdje aan het zwembad tot het tijd is om te gaan lunchen. Ik loop over het strand terug naar het dorp, terug naar 'Warung Rasta'. Het fijne zwarte zand glinstert in de brandende zon. En als het zand over de randen van mijn Teeva's heen krult brand het aan mijn tenen.

Bij de 'Warung Rasta' zoek ik een plekje in de schaduw. Hier bestel ik een grote Bintang en vraag ik om de menukaart. Het meisje komt even later terug met de menukaart maar zonder het bier. Verontschuldigend zegt ze dat ze geen grote Bintang koel heeft staan. Wel heeft ze kleine Bintangs koel staan. Ik vraag haar om mij dan maar een kleine Bintang te brengen en bestel daar een vis in bananenblad bij. Terwijl ik op mijn eten wat drink ik mijn biertje komt er een souvenirverkoopster bij mij zitten. Natuurlijk weet ik ook wel dat zij hoopt iets aan mij te kunnen verkopen, maar ze is niet opdringerig en spreekt redelijk goed Engels. Dus in plaats van wat voor me uit te gaan staren maak ik een praatje met haar. Ze klaagt over het feit dat er dit jaar maar weinig buitenlandse toeristen naar Lovina komen. Dat kan wel kloppen, want naast de twee Zwitserse vrouwen die ik vanmorgen heb ontmoet en mijn groepsgenoten ben ik nog geen andere toeristen tegen gekomen. De vrouw vertelt dat ze gehoord heeft dat er in Europa een crisis is. Hier wil ze graag meer van weten. Maar hoe leg ik deze vrouw uit dat, alhoewel we in Nederland op dit moment spreken van een crisis, we het in Nederland nog steeds veel beter hebben dan de gemiddelde Indonesiër en in ieder geval veel beter dan deze vrouw die handgemaakte souveniertjes probeert te verkopen aan toeristen. Even later wordt mijn vis in bananenblad op tafel gezet. In verontschuldig me naar de vrouw en bestel nog een koele Bintang. Zowel de vis als ook het bier smaken goed en vormen samen een goede lunch.

Na de lunch loop ik over het strand terug naar het hotel. Bij het hotel aangekomen ga ik niet direct door het hek het hotelterrein op, maar maak in plaats daarvan een praatje met een aantal vrouwen die op het strand souvenirs verkopen of massages geven. Na even onderhandelen kom ik met een masseuse een prijs van 70.000 rupiah (ca. 5,60 euro) overeen voor een één uur durende massage. De massage wordt gegeven op een smal bedje dat in de schaduw van een boom is neergezet. Er staan drie bedjes naast elkaar, maar de andere twee zijn leeg. Zo worden veel mensen hier getroffen door het feit dat, al dan niet als gevolg van de economische crisis, er dit jaar weinig Europese toeristen naar Lovina komen.

Aan het eind van de middag blijkt dat, net als op Sumatra en Java, het weer op Bali een beetje van slag is. En net als op Sumatra en Java valt ook op Bali, voor de tijd van het jaar, veel regen. In de loop van de middag verschijnen steeds meer dikke, donkere wolken aan de hemel en rond half vier begint het te regenen. Niet veel later is het weer droog en breekt de zon weer door. Welis het erg drukkend waardoor het nog warmer aanvoelt dan het al is.

Ik haal mijn was op bij de receptie en pak mijn rugzak helemaal opnieuw in. Dat scheelt een hoop ruimte. En doordat ik tijdens de reis her en der wat oude kleding heb achtergelaten, de drop die ik mee had genomen inmiddels op is en ik maar een paar kleine souveniertjes heb gekocht, hou ik steeds meer ruimte over in mijn rugzak. Op de heenreis woog mijn rugzak dertien kilo. Ik ben benieuwd met hoeveel kilo ik naar huis zal gaan.

Vissersboot
Vissersbootje bij Lovina

's Avond gaan we met de hele groep eten in Lovina. Op zich niet zo bijzonder, maar ons vervoer naar Lovina is dat wel. Karin heeft namelijk geregeld dat we met twee smalle vissersbootjes naar Lovina zullen varen. En dus lopen we rond half zeven het strand op en het water in waar twee bootjes op ons liggen te wachten. Er staat geen wind en de boot glijdt rustig over het vlakke water dat glinstert in het maanlicht. Toch is het niet rustig. Dit komt doordat de bootjes aandreven worden door luid brommende buitenboordmotoren.

De vaart verloopt goed totdat we bijne in Lovina zijn. Terwijl de andere boor probleemloos voor ons uit vaart horen en voelen wij dat onze boot ergens tegenop botst. En voor we het weten zitten we vast op het koraal. Terwijl de andere boot rustig door vaart naar het strand bij Lovina vraagt onze schipper of hij van iemand een paar sandalen kan lenen. Hij hij namelijk geen schoenen bij zich en om met blote voeten over het scherpe koraal te gaan lopen lijkt hem logiserwijs geen goed idee. Ik leen hem mijn teeva's, maat 47. Hij doet de voor hem veel te teeva's aan zijn voeten en stapt uit de boot. Nadat hij om de boot heen gelopen is probeert hij de boot van het koraal af te duwen. Dit lukt pas nadat hij hulp heeft gekregen van de bemanning van de andere boot. Nu kunnen ook wij het laatste stukje naar het strand afleggen.

We eten bij een restaurantje met een terras op het strand luisterend naar de klanken van een bandje. Het eten smaakt goed en de muziek klinkt goed. Kortom, een heerlijke avond. Op tafel ligt een kaartje met daarop de titels van nummers die je als verzoeknummer bij de band kunt aanvragen. Ik vraag om het nummer 'Venus' van de Nederlandse band Shocking Blue te spelen. Ze vertolken het prima. Maar doordat de zanger, zoals veel meer mensen in Indonesië dat doen, de V uitspreekt als een P klinkt de tekst ineens heel anders.

Woensdag 26 juni 2013, naar Munduk

Rijstvelden
Rijstvelden in de omgeving van Munduk

Hoewel het maar een uurtje rijden is naar Munduk, vertrekken we al vroeg uit Lovina. We willen namelijk vroeg in Munduk aankomen zodat we daar nog een lange wandeling maken voordat het echt warm wordt. Dit lukt. Rond half tien zijn we in Munduk en niet lang daarna beginnen we aan de wandeling. De planning is als volgt; Eerst lopen we naar en door de rijstvelden buiten Munduk. Daarna lopen we terug naar het hotel waarna diegenen die dat willen nog een wandeling van een uur kunnen maken naar een waterval.

Als we het dorp uitlopen in de richting van de rijstvelden komen we langs een Hindoeïstische tempel waar op dat moment net een ceremonie aan de gang is. Van een gepaste afstand kijken we hoe de mensen hier hun geloof beleven. Hierna we verder naar de rijstvelden. Op de eerste velden die we zien is de rijst net geoogst waardoor de rijstvelden en dor en bruin uitzien. Niet precies wat ik in gedachten had. We lopen verder tussen de rijstvelden door todat we op een iets hoger gelegen punt komen waar we een goed uitzicht hebben over de omgeving. Het is goed te zien dat op veel rijstvelden de rijst net is geoogst. Maar opnieuw blijkt dat elk nadeel z'n voordeel heeft. Zo is een boer bezig rijst te zaaien op een klein veldje en is op een ander veld een boer bezig het veld te ploegen. Niet met een tractor, maar met een ploeg die getrokken wordt door twee karbauwen.

Waterval
Waterval in de omgeving van Munduk

Na een tijdje van het uitzicht genoten te hebben en onze dorst gelest te hebben lopen we verder. Het is de bedoeling dat we na ongeveer twee uur lopen weer bij het hotel zullen zijn. Maar als we na een tijdje lopen de gids vragen hoe ver het nog is naar het hotel blijkt dat we niet onderweg zijn naar het hotel maar naar de waterval. Na een kort overleg besluiten we met z'n allen verder te lopen in de richting van de waterval. Onderweg lopen we langs een restaurantje. Hier stoppen we om iets te drinken waarne de mensen die dat wille doorlopen naar de waterval terwijl de rest bij het restaurant wacht. Van het restaurant blijkt het nog maar zo'n twintig minuten lopen naar de waterval. En voor mij persoonlijk twintig minturen lopen en één seconde vallen. Vlakbij de waterval glij ik namelijk uit of een natte, gladde, deels met mos bedekte rots. Doordat ik vandaag mijn teeva's aan heb zijn mijn voeten niet echt beschermd en glijdend over het rotsblok schaaf ik mijn rechter hak open. In ieder geval heb ik het flesje betadine dat ik aan het begin van de vakantie in Bukit Lawang heb gekocht niet voor niets de hele tijd bij mij.


'Benzinepomp' in Munduk

Als we na de wandeling terug zijn in het hotel spoel ik de wond aan mij rechtervoet goed schoon onder de douche. Hierna giet ik twee flesjes mineraalwater leeg ik de mandibak en doe daar een dopje dettol bij. Als ik de mandibak een beetje schuin zet verzameld het water zich aan een kant van de mandibak waardoor het daar niet diep genoeg is om mijn hak te ontsmetten. Hierna plak ik een pleister of de wond, trek een paar schone sokken aan en loop de rest van de dag, en de komende dagen, op mijn wandelschoenen zodat er geen stof en vuil bij de wond komt.

's Middags loop ik in m'n eentje door Munduk. Dit lintdorp bestaat in feite uit één lange straat. Ons hotel ligt aan dezelfde straat, maar net een eindje buiten het dorp. Ik loop door totdat ik aan de andere kant van het dorp ben en loop daarna terug naar het hotel. Als ik op de terugweg een winkeltje op de foto zet komt de eigenaar naar buiten en gebaard dat hij niet wil dat ik zijn winkel op de foto zet. Waarom? Geen idee! Met uitzondering van oude mensen op het platteland en de saté verkopers in Yogyakarta ben ik geen mensen tegen gekomen die problemen maakte van mijn gewoonte alles te fotograferen. En in dit geval fotografeerde ik niet eens de man maar zijn winkel. Vreemd.

Balinese dans
Balinese dans

's Avonds eten we met de hele groep in het restaurant van het hotel. Karin heeft voor ons twee tafeltjes gereserveerd. Hierdoor zitten we na het eten op de eerste rang bij een demonstratie van een vijftal traditionele Balinese dansen die op het pleintje voor het restaurant gegeven zal worden. Dat wil zeggen, het pleintje waar normaal gesproken de dansvoorstelling plaatsvindt. Maar omdat het vanavond mogelijk niet droog blijft is besloten de voorstelling te verplaatsen naar een overdekte ruimte. Heeft Karin voor niets al die moeite gedaan.

Door op tijd naar het zaaltje te gaan waar de dansvoorstelling nu gegeven wordt hebben we alsnog goede plaatsen. Maar waarschijnlijk hadden we ook wel goede plaatsen gehad als we iets later waren gekomen, want er zijn niet veel mensen op deze dansvoorstelling afgekomen. De voorstelling zal bestaan uit vier verschillende dansen. Begeleid door een gamelanorkest bewegen de danseressen zich sierlijk op het ritme van de muziek. Ze dansen met hun hele lichaam. Zo spelen gezichtsuitdrukkingen een belangrijke rol bij deze dansen. Elke uitdrukking heeft een betekenins. En alhoewel ik de betekenis achter de verschillende gelaatsuitdrukkingen niet ken, is het wel erg mooi om te zien.

Na de dansvoorstelling loop ik terug naar mijn kamer waar ik, voordat ik ga slapen, de wond aan mijn rechtervoet nog een keer goed schoonmaak en ontsmet. Want in dit land, met dit warme, vochtige klimaat, heb je voor het het weet een ontsteking te pakken.

Donderdag 27 juni 2013, naar Ubud


Uitzichtpunt

Afgezien van een korte onderbreking waarin ik niet kon slapen door het lawaai van een paar huilende honden heb ik de rest van de nacht goed geslapen. Ik pak mijn rugzak in en zet deze voor mijn huisje. Kennelijk stond het hotelpersoneel al op de uitkijk, want er komt direct iemand aanlopen om mijn rugzak naar de bus te dragen. Een aanbod waar ik dankbaar gebruik van maak omdat het nog een heel stuk lopen is van mijn huisje naar de parkeerplaats bij de ingang. Niet gehinderd door het gewicht van een volle rugzak loop ik hierna naar het ontbijtbuffet. Na het ontbijt loop ik naar de receptie om ik het eten en drinken dat ik in dit hotel heb gebruikt af te rekenen. In totaal moet ik 195.000 rupiah afrekenen. Voor Indonesisiche begrippen niet goedkoop, maar omgerekend is euro's is het 'maar' iets meer dan 15 euro.

Even na achten vertrekken we in de richting van Ubud. Onderweg maken we twee tussenstops. De eerste tussenstop is bij een mooi uitzichtspunt. En inderdaad, je hebt hier een mooi uitzicht om een lager gelegen meer. Minder mooi is de man dei op de parkeerplaats bij het uitzichtspunt geld probeert te verdienen met een slang in een koffer en een paar vliegen honden. De laatste vliegen opvallend genoeg niet weg. Ik vraag me af hoe de man dit voor elkaar heeft gekregen, maar wil aan de andere kant het antwoord op de vraag niet weten.

Ulun Danu Bratan tempel
Ulun Danu Bratan tempel

Offereend in een mandje

De tweede tussenstop is bij de Ulun Danu Bratan tempel. Deze hindoeïstische tempel bij het Bratan-meer. De tempel is gewijd aan de godin Dewi Danu, de godin van het water, meren en rivieren. Terwijl we bij de tempel rondlopen horen we de klanken van een gamelanorkest. Als 'gevorderde' Indonesië reizigers weten we inmiddels wat dat betekent; een processie. En ja hoor, opnieuwe zijn we getuige van een mooie processie. Hebben we als groep zoveel geluk of, wat mij aannemelijker lijkt, worden er op Bali bijna elke dag wel meerdere ceremonies gehouden. Als wij even later terug lopen naar de bus lopen er nog steeds mensen in de richting van de tempel om aan de ceremonie deel te nemen. Een van de mannen heeft een eend in een mandje bij zich. En nee, dit is geen typisch Balinees gerecht. Het is letterlijk een een in een mandje. Deze levende eend zal bij de tempel in de brandende zon worden opgehanden totdat de eend is gestorven als gevolg van hitte en uitdroging.

Begrafenis
Begrafenis in Ubud

Rond half twaalf zijn we bij het hotel in Ubud waar we de komende twee nachten zullen slapen. Zelf heb ik een kamer zonder airco, maar wel met een grote fan aan het plafond. Er zijn ook kamers met airco, maar om die te gebruiken moet er bijbetaald worden. Na in het restaurant van het hotel geluncht te hebben loop ik, samen met Karin en een deel van de groep, Ubud in. Al lopend haakt de een na de ander af en wordt het groepje steeds kleiner. Zelf neem ik bij het Lotus Café afscheid van Karin en de laatste twee overgebleven groepsgenoten. Het is mijn bedoeling om bij het Lotus Café iets te gaan drinken. Maar nog voordat ik de kans heb gehad om iets te bestellen komt Karin naar mij toe hollen om me te tippen op het feit dat er op de straat een processie voorbij komt. Dat moet ik zien. De processie blijkt een uitvaatplechtigheid. Maar tegen de tijd dat ik weer op straat sta, is de baar met het lichaam van de overledene en een deel van de stoet inmiddels voorbij. Maar ze lopen niet snel en ik schat in dat het voor mij redelijk eenvoudig mogelijk moet snel om snel doorstappend de baar in te halen. Dat lijkt ook zo te zijn totdat de dragers, net op het moment dat ik ze voorbij loop, ineens hader gaan lopen. Wat is hier aan de hand? Doen ze dat om mij 'te pesten'? In ieder geval maak ik uit hun blikken wel op dat ze zich van mijn aanwezigheid bewust zijn. Maar uit hun gelach maak ik op dat ze dat niet erg vinden. Of lachen ze omdat ze het mij zo lastig maken om ze in te halen? Later lees ik dat het onderdeel uitmaakt van de ceremonie. Op er voor te zorgen dat de geest het lichaam niet kan volgen, worden sommige stukken hardlopend en/of zigzaggend afgelegd. Ik loop de baar voorbij, draai me om en begin het tafereel te fotograferen.

Als ik daar een tijdje mee bezig ben zie ik twee groepsgenoten het beeld in lopen. Met z'n drieën lopen we verder achter de stoet aan. Even verderop stopt de stoet. Een klein gedeelte van de volgers (de naaste familie?) verzameld zich in de omgeving van de baar terwijl de rest een plekje zoekt in de schaduw van een van de bomen in de omgeving. Zal hier de crematie plaatsvinden? Want bij Hindoes worden overledenen toch gecremeerd? Van een gepaste afstand kijken we naar wat er gaat gebeuren. Gelukkig is een van de aanwezigen bereid ons iets meer te vertellen over de overledene en de plechtigheid die vandaag plaatsvindt. De overledene blijkt een 48-jarige vrouw te zijn die drie dagen geleden aan de gevolgen van kanker is overleden. De vrouw laat een man en twee zoons achter. De vrouw zal vandaag begraven worden. Waarschijnlijk wordt ze over vier à vijf jaar weer opgegraven en zullen haar resten dan, samen met de resten van anderen, gecremeerd worden. Volgens Karin gebeurd dit als de familie onvoldoende geld heeft om het lichaam direct te laten cremeren.


Vrouwen zitten 'gezellig' te kletsen in de schaduw van een boom bij een begrafenis

De vriendelijke en goed Engels sprekende man die ons alles uitlegt vragen we of de mensen niet verdrietig zijn omdat er iemand is overleden. In plaats van verdrietige gezichten zien we namelijk vooral lachende gezichten van mensen die 'vrolijk' met elkaar zitten te kletsen. De man vertelt dat ze zeker bedroeft zijn, maar dat ze het leven toch vooral zien als een cyclus die begint bij de geboorte en eindigt bij de dood. De ziel zal daarna in een nieuw lichaam terugkeren op aarde en aan een nieuwe cyclus beginnen. Nadat de vrouw is begraven verlaten alle aanwezigen de begraafplaats. Hierbij worden ze door een man besprenkeld met water. Een ritueel dat me sterk doet denken aan het gebruik van wijwater binnen de katholieke kerk.

Zelf loop ik terug naar het dorp waar ik bij een klein barretje - met free wifi - ga zitten. Hier bestel ik een colaatje. De cola wordt heel voorzichtig in het glas geschonken zodat het zo min mogelijk gaat schuimen. Dat ze dat met cola doen vind ik geen probleem, erger vind ik het dat ik op Bali al een paar keer een biertje heb besteld dat op dezelfde voorzichtige manier wordt ingeschonken. Terwijl ik mijn colaatje drink, check ik mijn email. Omdat ik op dat moment de enige gast ben hebben de twee barmannen voldoende tijd om elkaar met hun smartphones op de foto te zetten terwijl ze een dure fles whisky vasthouden.

Als ik even later terug loop naar het hotel valt het mij op dat veel taxichauffeurs hier hun diensten aanprijzen door een bord met dorp het woord 'Taxi' omhoog te houden. Een taxichauffeur heeft door dat je als ondernemers op een positieve manier op moet vallen. Hij houdt daarom een bord omhoog waar op staat:

Sexy taxi
Sexy driver
Sexy prices

Al wandelend door Ubud valt het mij op dat je hier veel westerse toeristen op straat ziet lopen. Dat hier veel toeristen komen blijkt ook wil uit het winkelaanbod. Veel winkels zijn gericht op toeristen. Naast de standaard souvernirwinkels zijn er ook veel winkels waar ze zilveren sierraden of kunst verkopen.

's Avonds eet ik samen met twee groepsgenoten bij het vlakbij het hotel gelegen restaurant 'Three Monkeys'. Mocht je ooit in Ubud komen, dan raad ik je aan om daar te gaan eten. Blijf dan niet voor in de zaak zitten, maar loop even door naar achteren. Je zit daar namelijk erg mooi, direct naast rijstvelden. En, niet onbelangrijk, het eten is er erg goed. Na het eten lopen we terug nar het hotel om met een deel van de groep naar een Kecak dansvoorstelling te gaan. Karin heeft voor ons een taxi geregeld. Maar die gooit zijn eigen glazen in als hij ineens 50.000 rupiah per persoon (we zijn met z'n zessen) in plaats van de afgesproken 50.000 rupiah voor de rit wil hebben. Boos beent Karin weg. Even later vind ze een taxi die om voor 10.000 rupiah per persoon wil wegbrengen en ophalen.

Terwijl we al rijden vraagt de chauffeur waar we naar toe moeten. Dat heeft Karin, die zelf niet mee gaat, hem al verteld, maar kennelijk heeft hij toen niet goed geluisterd. Als wij hem zeggen dat we naar de Pura Batu Karu willen kijkt hij ons niet begrijpend aan. Ik laat hem daarop een plattegrondje zien dat op het entreebewijs staat. Als rijdend bestudeerd hij het kaartje en zegt daarna te begrijpen waar we naar toe moeten. Ik hoop maar dat hij het goed begrepen heeft. Heel even denk ik dat we naar een verkeerde tempel zijn gereden als we bij een tempel stoppen waar het wel erg rustig en donker is. Maar dan blijkt dat de voorstelling in verband met de verwachte regen verplaatst is naar een vlakbij gelegen overdekte ruimte.

De Kecak dansvoorstelling laat zich moeilijk beschrijven. Zelfs het filmpje dat ik hiernaast heb geplaatst geeft maar beperkt weer wat voor indrukwekkend en meeslepend schouwspel dit is.

Een kecak dans is een rituele dans waarbij de dansers in een trance raken door, zittend een cirkel en met handen en armen deinende bewegingen makend, de klank 'tjak' in verschillende ritmes en tempo's door elkaar te zingen. deinende bewegingen. Terwijl de groep mannen, in ons geval iets meer dan 50, op deze manier danst en zingt, bewegen dansers en dansereseen zich tussen die mannen door. Deze dansers en danseressen beeld een deel van de Ramayana (een oude epos uit India) uit. Vooraf twijfelde ik of ik naar deze dansvoorstelling toe zou gaan. Gisteren was ik immers ook al naar een dansvoorstelling geweest. En ik hou meestal niet zo van dansvoorstellingen. Maar achteraf is voor mij deze Kecak dansvoorstelling zeker een van de (onverwachte) hoogtepunten van deze reis.

Trance Dance
Trance Dance

Na afloop van de dansvoorstelling wordt de avond afgesloten met een 'Trance Dance'. Deze kans kent vele verschijningsvormen, maar vanavond gaat het om één als paard verklede danser. Deze eenzame dansers loopt op blote voeten door gloeiende kokosnoten. Een beetje Emiel Ratelband op z'n Indonesisch. Alhoewel ik mij realiseer dat ik met deze vergelijking de Indonesische versie tekort doe.

Als we naar de voorstelling weer naar buiten lopen merken we dat het buiten inmiddels hard is gaan regenen. En daar komt bij dat onze taxichauffeur nergens te zien is. Met mijn mobiele telefoon bel ik hem op zijn mobiele nummer. Hij geeft aan er direct aan te komen. En even later komt hij er inderdaad aan. Lopend en met een paar paraplu's in de hand. Zijn taxi blijkt een klein eindje verderop te staan. Hij brengt ons terug naar het hotel waar we het afgesproken bedrag afrekeken. Zonder het geld na te tellen stopt hij het in zijn broekzak en rijdt weg.

Vrijdag 28 juni 2013, fietsen op een vulkaan


Onze gids tijdens de fietstocht vanaf de Batur-vulkaan

Met een mini-busje rijden we vanmorgen naar de rand van de Batur-vulkaan, een actieve vulkaan bij het Baturmeer. Helaas hangt er vanmorgen een dikke laag mist boven het kratermeer en de Gunung Agung, Bali's hoogste berg. Hierdoor valt het uitzicht een beetje tegen. Maar het uitzicht is niet het belangrijkste waarom wij hier naar toe gereden zijn. De hoofdreden is dat we vandaag per mountainbike van de Batur-vulkaan af zullen fietsen. Karin heeft de fietsverhuurder vooraf geïnformeerd over het feit dat er een ruim twee meter lange man in de groep zit. Ze hebben daarom geregeld dat hun grootste fiets voor mij klaar staat. En met het zadel in de hoogste stand kan ik redelijk goed op die fiets zitten. Daar komt bij dat ik verwacht dat het geen al te zware fietstocht zal zijn omdat we hoofdzakelijk af zullen dalen. Die verwachting blijkt uit te komen. De remmen blijken het belangrijkste onderdeel van de fiets. En die zijn goed.


Donkere wolken boven de rijsvelden in de omgeving van Ubud

Als we ongeveer tweederde deel van de fietstocht hebben afgelegd begint het te regenen. Ik heb hier op gerekend en een regenjas meegenomen, maar helaas ligt die in het busje en is het busje op dat moment niet in de buurt. Gelukkig heeft de organisatie ook op regen gerekend en hebben ze gifgroene regenponcho's meegenomen. Even later fietsen we als grote gifgroene kevers door het Balinese landschap. De mouwen van de poncho komt bij mij tot net over mijn ellebogen, maar in ieder geval blijft mijn camera droog onder de poncho.

De fietstocht wordt afgesloten met een heerlijk lunchbuffet. Hierna rijden we terug naar ons hotel in Ubud.

's Middags loop ik in m'n eentje wat door Ubud. Ik loop eerst in de richting van het apenbos. Gisteren heb ik ook al wat door Ubud gezworven, maar toen ben ik hier niet geweest. Bij een van de souvenirwinkeltjes vlakbij het apenbos vind ik waar ik al een paar dagen naar zoek, een miniatuur visserbootje met twee houten drijvers aan beide kanten van de boot. Maar hoe krijg ik dit kwetsbare houten bootje mee naar Nederland? De probleem blijkt ineens veel minder groot als de verkoopster mij laat zien dat het een 'bouwpakket' is. Haar vraagprijs voor zo'n bootje is 150.000 rupiah (circa 12 euro). Ik start de onderhandeling met een openingsbod van 50.000 rupiah. Uiteindelijk koop ik het bootje voor 70.000 rupiah.

Free Wifi

Ik slenter verder door de stad en drink op een terrasje met 'free wifi' een colaatje. 'Free wifi' is wat mij betreft de verrassing van deze vakantie. Ik heb dit jaar voor het eerst een tablet meegenomen op vakantie. Dit heb ik gedaan omdat het mij een handige manier leek om de Lonely Planet en een paar leesboeken mee te nemen. Maar door de grote beschikbaarheid van gratis wifi gebruik ik hem ook met enige regelmaat om mijn email te checken, even snel een mailtje te versturen of even te facebooken. Met de opkomst van wifi lijkt het internetcafé uit het straatbeeld verdwenen te zijn.

Voetbalwedstrijd in Ubud
Voetbalwedstrijd in Ubud

Als ik aan het eind van de middag terug loop naar het hotel kom ik langs een vlakbij het hotel gelegen voetbalveldje. Ik blijf even staan om te kijken naar de wedstrijd die daar op dat moment gespeeld wordt. De jeugd van het thuisspelende KFC speelt tegen de jeugd van Porba. Zoals we weten heeft KFC het thuis altijd lastig tegen Porba. Het is dan ook niet geheel verrassend als Porba op voorsprong komt. Kort daarop maakt KFC gelijk. Bij deze 1-1 stand kan ik de spanning niet langer aan en loop ik verder naar het hotel. Maar nog steeds vraag ik mij af hoe de wedstrijd geëindigd zal zijn.

Zoals op veel plekken in Bali ligt ook in de straat waar ons hotel aan ligt voor elke winkel een klein offertje. Of er goden zijn die dat op prijs stellen blijft een kwestie van geloof, maar de hond die ik langs al die offertjes zag gaan om de eetbare delen van elk offertje op te eten stelde het in ieder geval erg op prijs dat mensen zoveel lekkernijen op straat leggen.

Zaterdag 29 juni 2013, naar Sanur

Toen we een aantal dagen gelden met de veerboot van Java naar Bali voeren had ik het gevoel dat dat het einde van de vakantie inluidde omdat Bali het laatste eiland is dat we tijdens deze rondreis zullen aandoen. Vandaag heb ik dat gevoel nog sterker. Vandaag gaan we namelijk naar Sanur, de laatste plaats waar we op Bali zullen verblijven. Oftewel, de laatste plaats op het laatste eiland. Rond kwart over acht beginnen we aan de rit naar Sanur, naar het hotel waar we de komende twee nachten zullen slapen. Een rit die iets minder dan een uur duurt. Een kleine meevaller is dat, ondanks dat we al vrij vroeg in de ochtend bij het hotel aankomen, onze kamers al beschikbaar zijn zodat we onze bagage al direct op de kamer kunnen leggen. Voor ons prettig, maar voor het hotel minder fijn want dit betekent dat het ook hier erg rustig is en het hotel lang niet vol zit.

Sanur (Bali)
Het strand bij Sanur

Ik leg mijn grote rugzak op de kamer, slinger mijn fotorugzak op mijn rug en loop naar het strand. Het schone, witte zandstrand. Op het strand ga ik naar links. Karin heeft uitgelegd dat jet dan eerst nog een stukje over het toeristenstrand loopt en dat je daarna op een deel van het strand komt waar vooral lokale mensen zitten. Naar dit gedeelte van het strand ben ik onderweg. Maar in alle eerlijkheid moet ik bekennen dat ik weinig verschil zie. Al direct op het eerste stuk zie ik weinig westerse toeristen op het rustige strand. En voor zover ik dat kan beoordelen zijn het merendeel van de mensen op het strand toeristen uit eigen land.

Ik loop over het strand totdat ik bij het museum Le Mayeur ben. Hier drink ik zittend tussen lokale toeristen bij een stalletje op het strand eerst een kokosnoot leeg. Hierna koop ik een kaartje voor het museum Het museum valt mij een beetje tegen en niet veel later loop ik weer over het strand.

Sanur
Visrestaurant in Sanur

Ik loop door totdat ik aan het eind op een klein pleintje kom. Aan het pleintje zitten een paar restaurantjes. Ik kies voor het kleinste restaurant met de kleinste menukaart. Het hele 'restaurant' bestaat uit twee aan elkaar geschoven tafeltjes met een paar kleine plastic krukjes om op te zitten. En op het menu staat maar één gerecht, vissoep met vis. Ik schuif aan bij drie Indonesiërs die al aan de vissoep zitten. Een van de aanwezigen speelt voor tolk en helpt mij bij het plaatsen van een bestelling. Want kennelijk vindt de eigenaar het maar vreemd dat een westerse toerist bij zijn restaurantje gaat zitten. Ik wordt ook gewaarschuwd voor het feit dat de soep 'hot and spicy' is. Ik besluit de gok te nemen en bestel een portie De soep is inderdaad vrij pittig en de vis in de soep bestaat meer uit botten dan vlees, maar de goed gekruide moot vis die er bij wordt geserveerd maakt de keuze meer dan goed.

Na de lunch wandel ik terug naar het hotel. Wandelen over de promenade betekent kijken en bekeken worden. Fotograferen en gefotografeerd worden. Terug in het hotel neem ik een verfrissende douche en zit ik een tijdje op het balkonnetje van mijn kamer. Daarna loop ik het dorp in in de richting van een straatje vlak achter het hotel. Volgens de Lonely Planet zitten hier allerlei leuke barretjes. Maar ondanks het feit dat ik de nieuwste uitgaven va de Lonely Planet op mijn tablet heb staan, is de werkelijkheid anders. Ik zie één Engelse pub met de gebruikelijke luidruchtige en dronken Engelse toeristen maar zie geen leuke barretjes. Voor ik het weet ben ik de hele straat doorgelopen en sta ik weer op het strand. Ik ga bij een van de vele restaurantje met een terras op het strand zitten, bestel iets te drinken en pak mijn tablet om verder te lezen in het boek 'Jihad met sambal'.

Uitvaart
Uitvaartplechtigheid op het strand van Sanur

Als ik tegen drieën terugloop in de richting van het hotel, komt me over de weg waar het hotel aan ligt een grote groep mensen tegemoet lopen. Eerst denk ik dat er net een bus met toeristen is aangekomen, maar dan realiseer ik me dat het een processie is. Ik pak snel mijn camera om dit schouwspel te fotograferen. Helaas vergeet ik in mijn haast de instelling van de camera te controleren. Doordat de camera op diafragma voorkeuze staat met een lage ISO-waarde (100 ISO) en een klein diafragma (f/14) kiest de camera om het moment dat de mensen in de schaduw van de bomen lopen voor een relatief lange sluitertijd. Hierdoor zijn veel foto's bewogen. Later pas ik de instellingen van mijn camera aan en maak ik alsnog een leuke serie van deze uitvaart. Want dat blijkt het te zijn, een uitvaart. Bij deze plechtigheid wordt de, in een kokosnoot verpakte, as van een overledene naar zee gebracht. Na een korte plechtigheid op het strand s het de bedoeling om met twee bootjes de zee op de varen waar de met as gevulde kokosnoot overboord gezet zal worden samen met een aantal bloemstukken. Maar las de boten weg willen varen blijkt de motor van een van de boten het niet te doen. In Nederland heb ik ooit meegemaakt dat bij een begravenis een van de volgauto's niet wilde starten. De leverde toen een pijnlijke stilte op. Hier wordt heel anders geregeerd. Als de mensen die op het strand zijn achtergebleven doorkrijgen wat er aan de hand is beginnen velen hard te lachten. Zien ze er de humor wel van in of is dit hun manier om met de spanning om te gaan?

Als de plechtigheid is afgelopen stappen de meeste aanwezigen achterop een paar pick-up's. Zelf loop ik terug naar het hotel.

Zondag 30juni 2013, Sanur verkennen

De lokale markt in Sanur
De lokale markt in Sanur

Na eerst in het hotel ontbeten te hebben loop ik Sanur in. Eerst loop ik naar de vlakbij het hotel gelegen lokale markt. Oftewel, de Pasar Traditional Desa Sanur. Een opvallend nette, schone en goed georganiseerde markt. En op dit voornamelijk Hindoeïstische eiland kan het natuurlijk niet anders dan dat elk kraampje uitgerust is met een eigen 'mini tempel' voor de dagelijkse offertjes. En als je als marktkoopman even tijd tijd hebt om zelf een offertje te maken, dan kun je die hier op de markt ook kant en klaar kopen. Want naast groente, fruit, kip en vis worden hier ook zaken die te maken hebben met de dagelijkse offertjes verkocht zoals bloemen, bloemblaadjes en dus ook kant en klare offertjes.

De markt is niet erg groot en al bijna afgelopen als ik er rond loop. Ik hou het dan ook al vrij snel voor gezien en loop verder Sanur in.

Door een lange winkelstraat loop ik naar Hardy's, een grote supermarkt annex warenhuis. Op de eerst verdieping kijk ik even rond op de souvenir afdeling. Dezelfde spullen als die bij talloze kleine winkeltjes worden verkocht liggen hier op de planken. Het grote verschil is dat je hier ongestoord rond kunt kijken zonder aangesproken te worden. Vanaf Hardy's wandel ik naar het strand en loop langs het strand in de richting van het hotel. De zwembaden van de aan het strand gelegen hotels liggen er verlaten bij. Dat lijkt logisch. De mensen zullen wel op het strand liggen. Maar ook het strand en de strandstoelen zijn leeg. Het is duidelijk, ook hier zijn weinig (westerse) toeristen.

Mijn aandacht wordt getrokken door een groot bord dat naast de promenade staat. Het lijkt een informatiebord. Maar met welke informatie? Ik loop er naar toe en zie dat het bord een evacuatieplan bevat. Op het bord wordt uitgelegd wat je moet doen bij een tsunami. Of beter gezegd wat je moet doen als er een tsunami aankomt. Dat lijkt me direct ook het probleem met de instructies op het bord.

De eerste instructie luidt 'Get prepared - long before anything happens'. Op zich niets mis mee. Want als je wacht totdat je de tsunami al aan ziet komen ben je te laat. Maar hoeveel strandgasten zullen dat ook werkelijk doen? En hoe herken je de signalen die er op wijzen dat er mogelijk een tsunami aankomt? Ik denk dat de meeste mensen pas bij het vierde en tevens laatste punt in actie zullen komen. Oftewel, op het moment dat de sirenes gaan loeien.

Een eindje verderop zie twee westerse toeristen die mijn aandacht trekken. Een meisje zit huilend bij haar moeder op schoot. De linker enkel van het meisje is bont een blauw en zit vol met kleinere en grotere schaafwonden. De moeder weet niet wat ze er mee aan moet. Ik adviseer haar de schaafwonden op de enkel van het meisje te ontsmetten en geef haar mijn flesje betadine. De moeder lijkt hier blij mee. Het meisje niet. Dit is bang dan het ontsmetten pijn zal doen. Maar als de moeder voorzichtig betadine over de wonden sprenkelt lijkt de pijn mee te vallen.

Als ik even later weer verder loop realiseer ik me dat de ochtend voorbij gevlogen is en dat het al weer tijd is om te gaan lunchen. Ik bestel een portie saté met balinese saus.

Heerlijk!

's Middags loop ik langs het stuk strand waar nu wel vooral lokale mensen zitten. Gezinnen zitten gezamenlijk te eten en verliefde stelletjes zitten boven op de stenen zeewering naar de zee te staren. En zo vliegt deze laatste dag op Bali voorbij.

Rond half vier ben ik terug bij het hotel waar ik de rest van de middag aan de rand van het zwembad doorbreng.

's Avonds gaan we met de hele groep uit eten. Dit zal de laatste keer zijn dat we dat doen. Tijdens het eten bedanken we Karin voor al haar goede zorg en haar deskundige uitleg, al was die soms warrig. Want moesten we nu zeven keer om de tempel lopen of vertrokken we om zeven uur? Na het eten sluiten we de avond af op een terras waar ze hele lekker Illy schenken.

Maandag 1 juli 2013, beginnen aan de terugreis naar Nederland

Sanur
Verhuurder van zwembandjes op het strand in Sanur

Vanmiddag zullen we beginnen aan de terugreis. Maar vanmorgen hebben we nog tijd om............ Tja, om wat eigenlijk? Mijn ervaring is dat ik zo'n laatste ochtend meestal niet veel meer doe. In dit geval check ik 's ochtends even mijn email, zit ik even te facebooken en loop daarna naar het strand. Vandaag is de derde achtereenvolgende dag dat ik op et strand van Sanur loop. Iets wat vrij uniek is tijdens rondreizen zoals deze. Meestal vertrek je na een of twee dagen weer. Het mooie van ergens kort zijn is dat je weer naar een nieuwe plek gaat om nieuwe dingen te ontdekken. Het mooie van ergens iets langer zijn is dat je meer details gaat zien. Het duurt dan ook niet lang of ben weer druk aan het fotograferen. Alsof ik net ben aangekomen. Alleen fotografeer ik nu meer details. Details van de boten die op het strand liggen. De mannetjes die een boterham proberen te verdienen met het verhuren van kano's, zwemvesten en opblaaseenden. En let wel, dan bedoel ik de knalgele plastic zwembandjes in de vorm van een eend en niet een eend die tot zelfmoordcommando is opgeleid.

Sanur
Voorkant van een vissersboot in Sanur

Ook de vissersbootjes waar ik al vaak voorbij gelopen ben blijken details te bevatten die mij tot nu toe niet echt waren opgevallen. De voorkant van elke boot blijkt de vorm van dierenkop, ik neem aan de snuit van een dolfijn, te hebben. Aan beide kanten een oog en de voorkant van de boot eindigt in een snuit met een mond en twee neusgaten.

Inmiddels ben ik al gewend aan het verschijnsel dat de vrouwen hier volledig gekleed zijn als ze de zee in gaan. Maar vandaag valt mijn oog op een vrouw die tot haar kuiten in het water staat en daar bezig is om een paar flessen met zeewater te vullen. Even later doet ze de volle fleseen in een plastic tas en loopt weg in de richting van het dorp. Wat zou ze met de flessen gevuld met zout zeewater van plan zijn?

En zo vliegt ook op deze laatste ochtend in Sanur de tijd voorbij.

Rond half twaalf ben ik terug in het hotel. Tijd om voor de laatste keer deze vakantie mijn rugzak in te pakken, te douchen en schone, frisse kleren aan te trekken. Even later lever ik de sleutel van mijn kamer in bij de receptie van het hotel. Hier zet ik ook mijn rugzak neer. Maar niet na deze eerst even gewogen te hebben. 11,0 kilo. Ruim twee kilo minder dan op de heenreis.

Met een paar groepsgenoten ga ik lunchen in een restaurantje vlakbij het hotel. Na de lunch lopen we terug naar het hotel. Om drie uur 's middags stappen we voor het laatst als groep in een bus en gaan we op weg voor de laatste etappe op Indonesisch grondgebied, een ritje naar het vliegveld Ngurah Rai zo'n 15 kilometer ten zuiden van Denpasar. Hier komen we rond kwart voor vier aan. Mooi op tijd. Sterker nog, te vroeg om direct al in te checken. Er is dus nog voldoende tijd om eerst nog even iets te eten.

Rond half vijf, drie uur voor vertrek, kunnen we inchecken. Daarna begint het wachten. En wachten duurt lang op dit kleine vliegveld waar weinig te zien of te doen is. Zelfs even mijn mail checken blijkt niet mogelijk omdat dit nu juist een van de weinige plaatsen is waar geen 'free wifi' is.

Even voor acht uur stijgen we, met een half uur vertraging, op. Ik vraag mij af hoelang het zal duren voordat ik weer voet op Indonesische grond zal zetten. En zal dat moment komen? Tot nu toe heb ik nog nooit een land vaker dan een keer bezocht. En Karin? Zal ik Karin nog eens tegen komen? De vorige keer dat ik Karin ontmoette was ruim vijf jaar geleden tijden een rondreis door Laos en Cambodja.

Als we om kwart over tien (plaatselijke tijd) landen op Kuala Lumpur International Airport hebben we de vertraging ingelopen. Met een Aerotrain rijden we van het satelietgebouw waar we geland zijn naar de hoofdterminal. Hier lopen we een tijdje rond totdat het tijd is om in te checken. Bij het inchecken zien we dat vlucht naar Schiphol vertraging heeft. Hoeveel staat niet aangegeven, maar er wordt gezegd dat we rond half een zullen vertrekken. Een half uur later dan gepland. Om kwart voor twaalf kunnen we boarden.

Maandag 2 juli 2013, terug in Nederland, terug in Zwolle

Rond kwart over twaalf stijgen we op en beginnen we aan de laatste etappe van deze reis. Een ongeveer dertien uur durende vlucht van Kuala Lumpur naar Schiphol. Tegen een bijbetaling van 40 euro heb ik al voor vertrek uit Nederland een plek bij de nooduitgang gereserveerd. Hier kan ik probleemloos mijn lange benen strekken. In het vliegtuig praat ik wat met mijn buurvrouw, een jonge vrouw uit Melbourne (Australië). Zij is onderweg naar Ierland om daar bij haar familie op bezoek te gaan. Nadat de maaltijd is geserveerd gaat mijn buurvrouw slapen. Zelf probeer ik zolang mogelijk wakker te blijven, maar erg lang lukt dat niet. Ik slaap een paar uurtjes. Maar tegen vier uur Nederlandse tijd (tien uur Balinese tijd) ben ik uitgeslapen. Ik lees wat en speel een paar potjes Sudoku op mijn tablet. Rond kwart voor zeven landen we op Schiphol. Opnieuw hebben we de vertraging die we bij vertrek hadden tijdens de vlucht ingelopen.

Bij de begageband neem ik afscheid van de rest van de groep en om half acht loop ik in de richting van de treinen. Op de informatieborden zie ik dat er even na achten een trein vertrekt waarmee in zonder over te stappen in Zwolle kan komen. Dat geeft me nog voldoende tijd om even een kop koffie en een muffin te kopen bij Starbucks.

Als ik even voor achten de roltrap naar het perron neem, zie ik beneden een Fyra staan. Klaar voor vertrek. Ik moet denken aan het artikel op de webstie van de Telegraaf op de dag dat ik aan deze reis begon. Een artikel waarin gemeld werd dat de NS die dag bekend zou maken uit het Fyra project te stappen. En in dit geval bleek de informatie van de Telegraaf te kloppen. De NS maakte die dag bekend uit het Fyra project te stappen, maar de al aangeschafte treintoestellen rijden kennelijk nog wel.

Maar naar Zwolle zit ik in een dubbeldekstrein. Net zo'n trien als op de heenweg. Dat bekent ook net zo weinig ruimte voor bagage. Ik neem mij voor hierover een email naar de NS te sturen. Gelukkig is het nu rustig in de trein waardoor ik mijn rugzak op de stoel naast met kan zetten.

Om kwart over negen stap ik uit op het station van Zwolle. Hier begin ik aan de echt laatste etappe van deze reis, een ritje met de treintaxi naar huis. Maar eerst moet een andere passagier afgezet worden bij de vrouwengevangenis. Even later stap ik, ongeveer 25 ruim nadat ik in Sanur in de bus ben gestapt, bij mijn huis uit de taxi. De reis zit er op. Het verwerken van alle indrukken kan beginnen.

De rest van de dag probeer ik wakker te blijven. Iets wat verbazingwekkend goed lukt. Ik pak mijn rugtas uit, begin met het uitwerken van dit reisverslag en neem de vakantiepost door. Tussen de vakantiepost zit een exemplaar van 'Spoor', een uitgave van de NS. In de rubriek 'Zeg, hoe zit dat eigenlijk' een vraag over de bagageruimte in de treinen naar Schiphol. Kennelijk ben ik niet de enige die is opgevallen dat veel treinen naar Schiphol te weinig ruimte is voor de bagage die Schiphol reizigers meenemen.

Wat heerlijk om weer terug te zijn in Nederland. Een land waar we het zo goed hebben dat we ons over dit soort zaken druk kunnen maken. Ik moet denken aan de souvenirverkoopster in Lovina die probeerde een paar schamele centen te verdienen met het verkopen van handgemaakte souvenirtjes. De laatste tijd verdiende ze niet zo veel omdat er weinig toeristen waren. Zij maakt zich niet druk om overvolle bussen. Zij is alleen maar bezig om elke dag voldoende te verdienen om een eenvoudige maaltijd te kunnen kopen.