Kampie.info

Reisverslag Ruta Maya
(Mexico, Guatemala, Honduras en Belize)



Week 2 (Mexico, Guatemala)

Van 12 december 2009 tot en met 10 januari 2010 heb ik een 30-daagse rondreis door Mexico, Guatemala, Honduras en Belize gemaakt. Een reis die ook wel bekend staat de als Maya route.Deze reis heb ik geboekt bij Sawadee in Amsterdam. Op deze pagina staat een verslag de tweede week van deze reis.

Links naar aanvullende informatie:

Antigua

Chamula

Guatemala

Maximón

Mexico

San Cristóbal de las Casas

Tak'alik

Totonicapán

Tzotzil indianen

Zapatistisch Nationaal Bevrijdingsleger

Foto's:
Guatemala
Mexico

Zaterdag 19 december 2009 - Sightseeing in San Cristóbal de las Casas

San Cristobal de las Casas
Straatbeeld in San Cristóbal de las Casas

Om half acht loop ik het hotel uit om te gaan ontbijten. Maar kennelijk komt het leven hier 's ochtends later op gang dan in het deel van Mexico waar we tot nu toe waren. De meeste zaken zijn namelijk nog dicht. Maar aan het Plazo 31 de Marzo zijn een paar zaken al wel open. In eentje daarvan zitten zelfs al een aantal mensen. Vaak is dat een goed teken en dus besluit ik om hier te gaan ontbijten. Ik bestel een café classico (cappuccino) en een sandwich met kip. Terwijl ik op mijn ontbijt wacht bekijk ik mijn omgeveving. De al aanwezigen, drie mannen en een vrouw, zijn allemaal locals die ondanks het vroege uur al aan het bier zitten. Of zitten ze nog steeds aan het bier? Gezien de stemming waarin ze verkeren is het namelijk zeker niet hun eerste biertje. Het ontbijt dat even later geserveerd wordt smaakt prima en daar gaat het om. Een goede keus dus om hier te gaan ontbijten, ook al was het een keuze op basis van de verkeerde argumenten. Na het ontbijt loop ik eerst nog even naar het hotel om mijn teva's om te wisselen voor een paar dichte schoen en om mijn fleece aan te trekken. Niet alleen ben ik voor deze plaats vanmorgen iets te vroeg op pas gegaan, maar ook ben ik te zomers gekleed voor een ochtend op 2000 meter. Daarna breng ik eerst mijn vuile was weg om daarna door te lopen naar de indiaanse markt bij de Santa Domingo. Maar nog steeds blijk ik te vroeg te zijn. Veel kraampjes moeten nog opgebouwd worden. De kerk is al wel open en het bekijken van de kerk maakt de wandeling hier naar toe alleen al de moeite waard. Ik besluit om via een andere weg terug te lopen naar het Plazo 31 de Marzo om een kop koffie te drinken. Hierna zwerf ik de rest van de ochtend wat door San Cristóbal de las Casas.

San Cristobal
Kerk in San Cristóbal de las Casas

's Middags koop ik wat ansichtkaarten en loop naar het postkantoor om daar de benodigde postzegels te halen. Daarna zoek ik in de buurt van het Plazo 31 de Marzo een leuk plekje op om iets te drinken en de kaarten te schrijven. Als alle kaarten geschreven zijn loop ik in de richting van het postkantoor om daar de kaarten te posten. Dan zie ik een internetcafé. Even internetten en mijn mail checken. Ik beantwoord een paar mailtjes en lees op nu.nl dat het in Nederland hard vriest. Er wordt gesproken over een gevoelstemperatuur van -15 °C. In vergelijking daarmee is het zelfs hier in het koele San Cristóbal de las Casas nog warm. Als ik aan het eind van de middag bij het postkantoor kom is deze gesloten. Maar in de grote houten deur van het postkantoor is een gleuf gezaagd waarboven het woord 'Buzon' is geschilderd. Dit lijkt mij Spaans voor 'bus' is dus duw ik mijn kaarten door de gleuf. Hierna is het tijd om nog een keer naar de Indiaanse markt te lopen. Het is nu erg druk op de markt. Ik loop er een tijdje rond en koop mijn eerste souvenir van de reis; een zapatistaatje. Oftewel een kleine pop die geheel in het zwart is gekleed met een bivakmuts, een rode sjaal, rugzak en een geweer in zijn handen heeft. Het poppetje stelt een strijder van het Zapatistisch Nationaal Bevrijdingsleger (Spaans: Ejército Zapatista de Liberación Nacional, EZLN) voor. Dit bevrijdingsleger kwam in 1994 in opstand tegen de regering en heeft sindsdien het gezag over een deel van de Lacandónjungle. Hier in Chiapas merk je op verschillende manieren de sympathie van (een deel van) de bevolking voor het EZLN zoals de verkoop van deze kleine poppetjes.

Zondag 20 december 2009 - naar de kerk in Chamula en tortilla's eten in Zinacantán

Gisteravond was het al licht gaan regenen en als ik vanmorgen opsta miezert het nog steeds. Eerst maar even een onbijtje scoren aan het Plazo 31 de Marzo. Vandaag staat een optionele excursie naar Chamula en Zinacantán op het programma. Een optie waar de hele groep gebruik van maakt. En dus vertrekken we om negen uur met een volle bus naar Chamula. Onderweg daar naar toe houdt het op met miezeren en gaat het harder regenen. In de regen lopen we even later de Chamula, maar niet voordat de lokale gids ons verteld heeft wat er wat er wel en niet gefotografeerd mag worden. In het kort komt het er op neer dat de omgeving gefotografeerd mag worden en dat je overzichtsfoto's van het dorp mag maken. Mensen fotograferen is niet toegestaan. En zeker geen foto's van de plaatselijke notabelen.

kerk in Chamula
De beroemde kerk in Chamula

Terwijl we door het dorp lopen vertelt de gids een aantal dingen over de cultuur en gebruiken van de mensen in dit dorp. Het meest opvallen is hoe de Tzotzil indianen hun geloof beleven. Een opvallende mix van het katholicisme en oude Maya tradities. In de kerk was het maken van foto's ten strengste verboden. Ik kan dus niet met foto's duidelijk maken hoe de plaatselijke kerk er van binnen uit ziet, maar ik zal proberen het met woorden te beschrijven. Ook al merk is dat het mij moeilijk valt om de bijzondere sfeer die in de kerk hing goed te beschrijven (iets wat met foto's waarschijnlijk ook niet gelukt was en wat je zelf moet beleven om het te begrijpen). In de kerk staan geen banken. In plaats daarvan zitten de mensen (vaak nog traditioneel gekleed) in groepjes bij elkaar op de stenen vloer. Een vloer die bezaaid is met een tapijt van dennenaalden. In de kerk staan veel brandende kaarsen. Veel van deze kaarsen staan 'gewoon' op de vloer en sommigen staan op kleine tafeltjes. In de kerk hangt een sterke geur van wierook en hars en van alle kanten hoor je hoe mensen hun gebeden prevelen. Achterin de kerk, dicht bij het altaar, was op het moment dat ik in de kerk was een ceremonie bezig. Maar helaas kon ik er niet dicht genoeg bij komen (in ieder geval niet zonder mij onbeschoft te gaan gedragen in de richten in de Tzotzil indianen) om goed te kunnen zien wat er precies gebeurd. Ik durf bijna niet door de kerk te lopen. Bang als ik ben om ergens op te gaan staan of een van de vele brandende kaarsen om te stoten. Voorzichtig schuifel ik dan ook door de kerk om met enige regelmaat ergens stil te blijven en en te genieten van de unieke sfeer in deze kerk. Al met al is een bezoek aan deze kerk een absolute aanrader! Na dorp en kerk bekeken te hebben verlaten we Chamula. Maar voordat we doorrijden naar Zinacantán maken we een korte stop bij bij de begraafplaats van Chamula Hier is het goed te zien dat het nog inet zo lang geleden (2 november) Allerzielen (dia de los Muertos) is geweest. Bijna alle graven zijn versiert met (kunststof) bloemen. Al met al zou je het bijna feestelijk kunnen noemen.

Tortilla's bakken
Tortilla's bakken in Zinacantán

In Zinacantán brengen we een bezoek aan een weversfamilie. Hier zien we niet alleen hoe de traditionele kleding op traditionele manier wordt gemaakt, maar ook hoe tortilla's worden gemaakt. En natuurlijk kunnen we hier ook kleding, kleden, sjaals en andere zaken komen (de tortilla's mogen we gratis proeven) maar het verkopen gebeurd hier zeker niet op een agressieve of opdringerige manier.

Terug in San Cristóbal de las Casas regent het nog steeds. Alleen niet meer zo hard als eerder. In 'mijn stamkroeg' aan het Plaza 31 de Marco bestel ik een cappuccino met een stuk chocolade taart. Daarna loop ik het dorp in om mijn ontbijt voor morgenochtend te regelen. Morgenochtend moeten we namelijk zo vroeg op pad dat er dan geen gelegenheid is om eerst te onbijten. Ook loop ik nog even een internetcafé in om voor vijftig euro via het internet een plaats bij te reserveren voor de terugvlucht. Helaas kan ik de bevestigingsmail die ik hiervan ontvang hier niet printen. Daarom noteer ik het stoelnummer (24B) op mijn e-ticket. Hierna loop ik terug naar mijn hotelkamer en pak mijn tas in. Klaar voor vertrek loop ik daarna San Cristóbal de las Casas in om te gaan eten.

Maandag 21 december 2009 - van San Cristóbal de las Casas (Mexico) naar de Tak'alik Maya Lodge (Guatemala)

Welkom in Mexico
Bord bij de Guatemalteeks Mexicaanse grens

Om kwart over zes verlaten we ons hotel een gaan we met een paar taxi's naar het plaatselijk busstation. Het is de bedoeling om hier om zeven uur met de bus te vertrekken in de richting van de Mexicaans Guatemalteekse grens. Maar eenmaal op het busstation met Caroline ons dat onze bus niet zal rijden en dat we pas rond halftien zullen vertrekken. Maar even later zien we hoe onze bagage wel in een bus wordt geladen. Onze bagage zal toch niet vooruit gestuurd worden? Het blijkt dat de planning opnieuw is veranderd. We zullen nu wel al om zeven uur uit San Cristóbal de las Casas maar moeten halverwege in Comitán de Domínguez over te moeten stappen. Hier zullen we zo'n anderhalf uur op de bus moeten wachten die ons naar de grens zal brengen. Iets over zevenen verlaat onze bus het busstation en zijn we op weg naar Comitán de Domínguez. Een rit van ongeveer anderhalf uur. Want hoewel we over een goede weg rijden zal de gemiddelde snelheid door het grote aantal verkeerdrempels niet al te hoog liggen.

Guatemala
Grensovergang tussen Mexico en Guatemala

Iets voor negenen rijdt de bus het busstation in Comitán de Domínguez binnen. We stappen uit en ook onze bagage wordt uitgeladen. Op een koud en ongezellig busstation begint vervolgens het wachten op de bus die ons naar Ciudad Cuauhtémoc zal brengen. Om kwart voor tien komt er een bus aanrijden waar even later onze bagage in gaat. Tijd om in te stappen om even later aan de volgende etappe van deze reisdag te beginnen. De busrit naar Ciudad Cuauhtémoc. In Ciudad Cuauhtémoc laat Caroline al onze paspoorten afstempelen waarna met met taxi's naar de grens rijden. Aan de Guatemalteeks kant van de grens wordt mijn paspoort opnieuw verrijkt met een stempel waarna ik het land in mag. Maar eerst nog even geld wisselen. Bij een van de 'mannetjes' bij de grens wissel ik 150 dollars om voor 1.125 Quetzales.

Vlag GuatemalaAan de Guatemalteekse kant van de grens staat Mario, onze chauffeur voor de komende dagen, op ons te wachten. We laden onze bagage in de bus en beginnen aan de laatste etappe van deze reisdag, een busrit van 5 à 6 uur naar de Tak'alik Maya Lodge. Het eerste stuk van de reis gaat de weg omhoog. Naarmate we stijgen wordt de mist dikker en daalt de temperatuur. Gelukkig dalen we aan de andere kant van de berg weer. Als we om zeven uur 's avonds bij de lodge's aankomen is het inmiddels donker, maar is de temperatuur zeer aangenaam. De lodge's zijn eenvoudig maar schoon. Sommigen, zoals die van mij, hebben een gemeenschappelijke douche en toillet. 's Avonds eten we bij de lodge's. Het eten is net als de lodge's, eenvoudig maar goed.

Dinsdag 22 december 2009 - rubbertappen op de Tak'alik Maya Lodge en daarna naar Totonicapán

Maya Lodge Tak'alik
Tak'álik Maya Lodge

Als ik 's ochtends wakker wordt hoor ik buiten, tja wat eigenlijk? Het geruis van de wind en het geluid van vallend water. Het zal toch niet regenen? Maar het blijkt mee te vallen. Het vallende water dat ik hoor is van de fontein op het pleintje vlak voor de lodge en van een beekje bij een watermolen een eindje verderop. Rond half zeven sta ik op, neem een koude douche en maak wat foto's in het mooie licht van de opkomende zon. Na het ontbijt vertrek ik met een deel van de groep voor een wandeling over de plantage. De rest van de groep gaat ofwel naar de Maya ruïnes van Tak'alik of blijven bij de lodge's. De wandeling begint op een deel van de plantage waar de natuur zijn gang mag gaan. Hierdoor ontstaat een voor veel vogelsoorten ideale leefomgeving. Daarna komen we op de echte plantage. Eerst een deel met bananenbomen en koffieplanten. De koffie is net geoogst zodat er - uitgezonderd een paar 'vergeten' bessen - geen bessen aan de planten zitten. Als we verder lopenkomen we op een deel van de plantage waar rubberbomen staan. De half spiraalsgewijs snedes in de bast van de bomen te maken loopt er rubber uit de boom dat in klein kommetjes opgevangen wordt. een van de rubbertappers laat ons zien hoe dit in z'n werk gaat. De man is trots op zijn werk, maar nog trotser op het feit dat hij sinds een half jaar Engels aan het leren is zodat hij ons in gebrekkig maar begrijpelijk Engels zijn verhaal kan vertellen. Aan het eind van de tour wordt ons uitgelegd en getoond het de onlangs geoogste koffiebessen worden verwerkt. Een proces waar veel water aan te pas komt. Water dat niet alleen wordt gebruikt om de bessen te wassen en te weken, maar ook om de machines aan te drijven met behulp van een waterrad. Na de wandeling over de plantage rits ik de pijpen van mijn afritsbroek en verwissel ik mijn dichte schoenen voor teva's. Na een paar koelere, ja zelfs regenachtige dagen schijnt hier de zon weer volop.

Rond half een verlaten we de Tak'alik Maya Lodge om op weg te gaan naar Totonicapán. Het is de bedoeling onderweg ergens te stoppen om te gaan lunchen. Het probleem is alleen dat er aan de weg waarover wij rijden weinig (goede) eetgelegenheden zitten. Na ongeveer een uur rijden stoppen we bij een van de weinige restaurantjes op de route. De menukaart van het restaurant blijkt zeer beperkt. Alleen een paar kipgerechten. Wat ik bestel blijkt een soort kippensoep. Maar dan wel met een complete kippenpoot, veel orgaanvlees en pasta erin. Al met al geen aanrader. Maar goed, het vult de maag. Na de lunch rijden we verder naar Totonicapán waar we aan het eind van de middag aankomen. Samen met een aantal groepsgenoten maak ik eerst nog een korte wandeling door de stad. Wat mij opvalt is dat de mensen hier in Guatemala veel meer openlijk verbaast reageren als ze mijn met m'n 2.04 meter voorbij zien lopen dan in Mexico.

Woensdag 23 december 2009 - weven, pottenbakken en sightseeing in Totonicapán

Wever
Wever aan het werk in Totonicapán

Zoals tot nu toe gebruikelijk tijdens deze vakantie ben ik ook vanmorgen al weer vroeg wakker. Na eerst in bed nog wat gelezen te hebben sta ik op en wandel het dorp in. Na de warme dag gisteren ben ik luchtig gekleed. Maar al snel kom ik er achter dat het een vergissing was om met blote voeten op teva's de straat op te gaan. Na bij de bakker een paar broodje gekocht te hebben wandel ik terug naar het hotel. Als ik daar aankom zijn mijn voeten inmiddels ijskoud. Terug op de hotelkamer trek ik snel een paar sokken aan en eet ik mijn broodjes op. Die zijn droog en smakeloos. Dan maar hopen dat ze in ieder geval voedzaam zijn. Als de broodjes op zijn ga ik naar de hal van het hotel om mee te gaan met een door Caroline geregelde optionele excursie. Al wandelend door de stad bezoeken we achtereenvolgens een weverij, een houtbewerkerij, een pottenbakkerij en tot slot het plaatselijke culturele centrum. De werver, houtbewerker en pottenbakker vetellen allen met de nodige beroepstrots over hun werk. Stuk voor stuk interessante verhalen. Maar het verhaal dat mij het meest is bijgebleven is het verhaal dat de pottenbakker vertelt. Hij is zich duidelijk bewust van de negatieve gevolgen voor het milieu van de traditionele manier waarop pottenbakkers in Guatemala werken. Voor het stoken van hun ovens moeten veel bomen gekapt worden en ze gebruiken voor het milieu zeer schadelijke loodhoudende glazuur. Hij doet het anders. Hij heeft een gasgestookte over laten maken en gebruikt loodvrije glazuur. Zijn manier om een bijdrage te leveren aan een beter milieu. Na deze vakmensen bezocht te hebben gaan we naar het plaatselijke culturele centrum. Hier vertelt de lokale gids ons het verhaal achter de vele maskers die hier hangen.

Totonicapan
De markt in Totonicapán

's Middags wandel ik in mijn eentje wat door het dorp, eet iets bij een van de vele stalletjes en loop naar binnen bij een leuke overdekte markt. Opnieuw valt mij op hoe vriendelijk de mensen hier zijn en hoe openlijk verbaast ze reageren op mijn in hun ogen opvallende verschijning. Ik probeer daar gebruik van te maken door met de mensen in contact te komen en hun over te halen voor mij te poseren. Zonder succes. Zij blijven mij vriendelijk aankijken totdat ik mijn camera tevoorschijn haal. Op dat moment wenden ze stuk voor stuk hun hoofd af en kijken nog steeds vriendelijk lachend de andere kant op. Voor mij het teken om mijn camera weer op te bergen. Aan het eind van de middag ga ik nog even naar de bank om dollars te wisselen. Maar als ik bij de bank kom ziet deze er gesloten uit. Maar als ik naar de deur loop om te kijken of ik kan zien wat de openingstijden van de bank zijn, doet een van de twee binnen staanden gewapende bewakers de deur open en vraagt wat ik wil. als ik het vertel dat ik dollars wil wissen mag ik naar binnen. Na eerst mijn fotocamera afgegeven te hebben mag ik doorlopen naar een van de balies. Terwijl ik dat doe realiseer ik mij dat ik mijn paspoort niet bij mij heb. Maar zonder dat ik mijn paspoort hoef te laten zien wissel ik 200 dollars om in Quetzales. Na mijn camera weer opgehaald te hebben verlaat ik de bank en loop terug naar het hotel.

Donderdag 24 december 2009 - van Totonicapán via Chichicastenango naar het meer van Atitlán

Chichicastenango
Man bij de ingang van de kerk in Chichicastenango

Met Mario achter het stuur verlaten we Totonicapán en gaan we op weg naar San Juan la Laguna. Onderweg daar naar toe maken we een tussenstop in Chichicastenango. Een plaats die vooral bekend is vanwege zijn markt en de kerk. Op een grote maar wel behoorlijk toeristische markt worden vooral veel kleden, textiel en maskers verkocht. Op de markt koop ik een dikke warme wollen poncho die mijn zus gevraagd heeft voor haar mee te nemen. Daarna loop ik verder naar de kerk. Op de trappen voor de kerk staan veel traditioneel geklede vrouwen bloemen te verkopen. Vooral, hoe kan het ook anders zo vlak voor kerst, veel kerststerren. Na een tijdje de drukte op te trappen voor de kerk bekeken te hebben, loop ik de trappen op om de kerk in te gaan. Na de kerk in Chamula zijn mijn verwachtingen hoog gespannen. Ik verwacht opnieuw een (over)volle kerk vol activiteiten. De waarheid is heel anders. In tegenstelling tot de kerk in Chamula is deze kerk nagenoeg leeg. Ook ontbreken de tekenen die wijzen op de vermenging van het katholicisme met oude Maya gebruiken. Je zou kunnen zeggen dat dit veel meer een kerk is zoals wij die in Europa gewent zijn. Maar dan wel een vrij sobere zonder al te veel opsmuk. Maat toch is ook deze kerk op zijn geheel eigen manier wel mooi. Nadat ik weer naar buiten ben gelopen leef ik mij helemaal uit met het maken van portretfoto's van de mensen die hier rondlopen. Caroline had vooraf gezegd dat het hier lastig zou zijn om mensen te fotograferen, maar niets is minder waar. Kennelijk hebben de lokale bevolking het in de loop van de jaren opgegeven bezwaar te maken tegen de volop aanwezige fotograferende toeristen. Al zijn er ook hier mensen die aangeven niet op de foto te willen. Een wens die je wat mij betreft altijd moet respecteren. Terwijl ik onderaan de trap aan het fotograferen ben wijst Caroline (die al net zo fanatiek aan het fotograferen is) mij op een man bij de ingang van de kerk. We lopen de trap op en zien hoe de man voor de deur van de kerk kaarsen aansteekt, een fles sterke drank neerzet en wierrook brandt. Een mooie mix van Christelijke en Maya rituelen.

Na de lunch verlaten de Chichicastenango en rijden we verder naar Panajachel, een dorp op een de rand van het meer van Atitlán. Hier stappen we in een boot die ons naar San Juan La Laguna aan de andere kant van het meer zal brengen en waar we de komende twee nachten in een hotel net buiten het dorp zullen slapen. Als ik 's avonds op de veranda van het hotel mijn dagboek zit bij te werken hoor ik op deze kerstavond vanuit het dorp de kerstmuziek.

Vrijdag 25 december 2009 - wandelen langs het meer van Atitlán en op bezoek bij Maximón

Lago de Atitlan
Uitzicht vanaf de veranda van het hotel over het meer van Atitlán

Eerste kerstdag 2009. Bij een grondige inspectie van mijn kamer vind ik 's ochtend eindelijk de extra deken waar ik vannacht lang naar heb gezocht maar die ik toen niet kon vinden. Vannacht heb ik daarom maar mijn fleece en een lange broek aangetrokken omdat de temperatuur hier op zo'n 1560 meter hoog 's nachts behoorlijk daalt en ik door de kou wakker geworden was. Daarna ben ik snel weer ingeslapen en heb ik het niet meer koud gehad. Vandaag is een vrij in te vullen dag. Naast luieren bij het hotel, kanoën op het meer was het ook mogelijk om je voor een paar optionele excursies op te geven. Helaas voor Matthijs gaat de door hem gekozen beklimming van een nabij gelegen vulkaam niet door. Mijn keuze, een wandeling langs een deel van het meer, gaat gelukkig wel door. Met z'n zessen stappen we om negen uur 's ochtends bij de steiger van het hotel in een bootje stappen dat ons naar Santa Cruz La Laguna zal brengen. Van hieruit zullen we door de heuvels rond het meer naar Jaibalito lopen. Een wandeling van ongeveer vier uur inclusief een royale koffiestop onderweg. Het is een mooie wandeling. Stijgen en dalen zonder dat het echt zwaar wordt. Dat laatste komt ook omdat het lekker wandelweer is. Zonnig en droog, maar niet te warm. Tijdens de wandeling zien we in de verte de Pacaya-vulkaan (die we over twee dagen kunnen beklimmen) roken.

Maximon
Maximón

Na de wandeling ligt de boot al op ons te wachten in Jaibalito. We steken het meer over en varen naar Santiago Atitlán. Na hier eerst geluncht te hebben brengen we een bezoek aan een bijzondere religieuze figuur, Maximón. Maximón is overigens geen levend wezen, maar een grote pop. Maximón is een heilige die in verschillende gedaanten wordt aanbeden door Maya's in verschillende steden in het hoogland van westelijk Guatemala. Hij ziet er meestal uit als een soort vogelverschrikker die sjofele westerse kledij draagt. Hij heeft een zeer onsympathiek uiterlijk omdat hij de boze God Mam vertegenwoordigt, hoewel hij ook wel wordt geassocieerd met Pedro de Alvarado en met de christelijke Judas. In de meeste steden is hij het middelpunt van spot en afschuw. Santiago Atitlán is hierop een uitzondering. Hier wordt hij juist vereerd en door religieuze broederschappen bewaakt en vereerd in een aparte ruimte die om de zoveel tijd van plaats veranderd. Momenteel zit Maximón in een huis een eindje buiten het dorp. Daarom laten we ons met een paar tuktuks er naar toe brengen. Terwijl ik in de tuktuk zit vraag ik mij af of het toeval is dat Maximón nu een eindje buiten het dorp zit of dat dit te maken heeft met de handelsgeest van de plaatselijke tuktukrijders. Als we bij het huis van Maximón aankomen zien we 'hem' voor een tal zitten. Achter de tafel zitten drie mannen. Een andere man knielt voor Maximón een lijkt gebeden te prevelen. In een hoek van de kamer zit een man die af en toe op zijn gitaar speelt en daarbij zingt. In een andere hoek van de kamer zitten vier mannen dei volgens mij iets teveel gesnoept hebben van de drank die aan Maximón wordt geofferd.

Vanuit Santiago Atitlán varen we terug naar ons hotel waar we rond half vijf aankomen. Vanaf de veranda van het hotel geniet ik van het uitzicht over het meer in het licht van de ondergaande zon. Als de zon onder is, is het tijd om te gaan douchen en aan te schuiven voor het kerstdiner.

Zaterdag 26 december 2009 - van het meer van Atitlán naar Antigua

Muurschildering in Muurschildering in San Juan La Laguna
Muurschildering in San Juan La Laguna

Dankzij de extra deken op mijn bed heb ik het vannacht niet koud gehad en goed geslapen. Na eerst in het hotel ontbeten te hebben wandel ik naar San Juan La Laguna. Het is een leuk dorp met overallend veel muurschilderingen. Aan het begin van de middag loop ik terug naar het hotel. Tijd om mijn tas te pakken en in de boot te stappen waarmee we vanmorgen terug zullen varen naar Panajachel. Hier staat Mario al op ons te wachten. Vandaag zal hij ons naar Antigua rijden. Een mooie rit. Vanuit de bus hebben we af en toe zicht op de, opnieuw rokende, Pacaya-vulkaan. Minder vandaag is dat een van de groepsleden ziek is. Het laatste deel van de rit zit ze samen met haar vriend op de achterbank. Dat wil zeggen, hij zit en zij ligt met haar hoofd op zijn schoot op de achterbank en slaapt af en toe. Nadat we in Antigua zijn aangekomen maak ik met een deel van de groep een eerste verkennende wandeling door de stad. Wat mij opvalt zijn de vele kleurige huizen, de vele ruïnes, maar vooral het ontbreken van hoogbouw. Als we 's avonds met een deel van de groep in de stad willen gaan eten zegt een van de groepsleden, vlak voordat we het hotel uitlopen, dat hij zich erg moe en slapjes voelt. Hij denkt dat iets warms eten hem goed zal doen. Maar zover zal hij niet komen. Want als we net aan tafel zitten zakt hij ineens in elkaar. Voordat hij al brakend op de harde stenen vloer valt kan ik hem nog net opvangen. Even is hij helemaal van de wereld. Na een paar tellen komt hij weer bij z'n positieven. Totaal verward gaat hij overeind zitten. Alle kleur is uit zijn gezicht verdwenen. Geleidelijk het weer beter met hem en krijgt hij weer een beetje kleur in zijn gezicht. Terwijl Caroline hem terugbrengt naar het hotel ruimt het personeel in het restaurant de rotzooi op.